Direct naar artikelinhoud
essay

Hoe de beeldvorming rond Pim Fortuyn de mens erachter verdrong

Twintig jaar na zijn dood is er nog altijd weinig ruimte voor nuance over Pim Fortuyn. Hoe kan het dat de politicus zich zo goed leende voor beeldvorming? Bert Wagendorp blikt terug op de snelkookpan van media en pr die Fortuyn zowel tot verlosser als het grote kwaad maakten.

Pim Fortuyn kijkt recht in de camera van de aanwezige pers in het stadhuis van Rotterdam, vlak voor de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen.Beeld Guido Benschop / WFA

Pim Fortuyn kondigde op 20 augustus 2001 bij 2Vandaag aan dat hij de politiek in wil, en wel als lijsttrekker van Leefbaar Nederland, de liefdesbaby van de lokale politieke partijen Leefbaar Utrecht en Leefbaar Hilversum.

Fortuyn is dan 52, en nog niet de beroemdheid van negen maanden later. Aan de Rijksuniversiteit Groningen kennen ze hem, omdat hij daar als docent aan de faculteit sociologie heeft gewerkt. Hij geniet ook enige bekendheid als de projectleider bij de invoering van de ov-jaarkaart en daarnaast als gastspreker en boekenschrijver. Lezers van opinieweekblad Elsevier kennen hem sinds 1994 als columnist.

Onder de kop ‘Een bevlogen hervormer die altijd applaus wil’ verschijnt er op 22 augustus een portret van Fortuyn in de Volkskrant, dat ik samen met collega Mac van Dinther schreef. Daarin komen mensen aan het woord die met Fortuyn hebben samengewerkt. Zoals Ton Kee, dan bestuurder aan de faculteit geneeskunde in Groningen, die Fortuyn al kent sinds 1968; Harry Mens, makelaar en presentator van het programma Business Class met Fortuyn als vaste gast; Arendo Joustra, toen – en nog steeds – hoofdredacteur van Elsevier en de politicoloog Meindert Fennema.

Het stuk maakte een begin met de beeldvorming rond Fortuyn. Die zal in de maanden daarna zo’n vlucht nemen, dat de mens Fortuyn erachter verdwijnt. Zodat niet meer uit valt te maken waar de werkelijkheid eindigt en waar de beeldvorming, de mythologisering, begint – wat realiteit is en wat projectie.

Ingewikkeld mengsel

Het zal zo’n ingewikkeld mengsel worden, dat het zelfs voor Fortuyn zelf een helse klus zal blijken om uit te maken wie hij werkelijk is en wat de snelkookpan van media en pr van hem heeft gemaakt.

Uiteindelijk zal de beeldvorming in het hoofd van een radicale milieuactivist hem het leven kosten.

Maar zo ver is het op 22 augustus 2001 nog niet. Het valt op dat de gesprekspartners in het stuk bijna allemaal zeer uitgesproken zijn: kennelijk is Fortuyn in hun ogen geen genuanceerde persoonlijkheid wiens karakter kan worden geschetst in grijstinten. Hij roept gemakkelijk weerstand of bewondering op. Dat leent zich uitstekend voor beeldvorming – voor de projectie van een al eerder ingenomen standpunt.

‘Arrogant en met een enorme minachting voor anderen. Die vindt hij al snel minkukels’, zegt Kee. ‘Dat gevoel een taak te hebben was er altijd. De volstrekte onafhankelijkheid ook. Hij liep als student altijd in een driedelig pak. (…) Hij is een goede projectmanager. De invoering van de ov-jaarkaart heeft hij perfect gedaan. Hij is heel intelligent in het doorzien van bestuurlijke politieke situaties en het formuleren van oplossingen.’

Harry Mens: ‘Ik houd mijn hart vast. Er moeten wel een paar knoppen om voor hij zich als succesvol politicus kan profileren. En die heb ik nooit kunnen vinden.’

‘Hij is altijd enorm verongelijkt’, beweert Meindert Fennema. ‘Hij voelt zich altijd miskend. Fortuyn wil altijd applaus. Bolkestein schreef me ooit dat ik hem overschatte. Dat zal Fortuyn nooit beweren. Die vindt dat je hem niet kunt overschatten. Hij vindt dat hij zo veel talent heeft dat voor hem andere regels gelden.’

Fortuyn nadat hij door Leefbaar Nederland aan de kant is gezet.Beeld Vincent Boon / ANP

Het is zeker niet allemaal negatief, wat er naar voren komt over de debuterende politicus Pim Fortuyn. Leefbaar Utrechts Broos Schnetz is gecharmeerd van ‘Fortuyns directheid’, ook al is hij ‘niet altijd gelukkig met zijn standpunten’. Arendo Joustra omschrijft hem als een ‘oprecht man’ die voor het hoogste gaat en die ‘voorop loopt, veranderingsgezind is en in die zin nog steeds progressief’.

Overigens begint het stuk met een citaat van Fortuyn zelf, uit het weekblad Hervormd Nederland uit 1993: ‘Ik beschouw mezelf als een man met een missie. Ik heb een opdracht, van wie of wat weet ik niet, om Nederland te hervormen. Ik heb het idee dat ik pas zal sterven als ik mijn doel heb bereikt.’ Fortuyn is er nooit voor teruggeschrokken om zelf zijn bijdrage te leveren aan de beeldvorming en zet zichzelf acht jaar voor zijn politieke entree al onbekommerd neer als een Hollandse messias.

Schot in de roos

De uitsmijter is van Ton Kee. Het zal in de maanden daarna de meest geciteerde kwalificatie van Fortuyn blijken, Kee’s Wet van Pim: ‘Waar Pim komt, komt ruzie.’ Gemakkelijk te onthouden en, zo zal al snel blijken, een aardig schot in de roos.

Voor de Volkskrant-lezer is een begin gemaakt met de beeldvorming en die is, al met al, niet onverdeeld positief. Voor de linkerhelft van Nederland is het duidelijk: Fortuyn deugt niet.

Pim Fortuyn bij een demonstratie tegen hem in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen in maart 2002.Beeld Robert Vos / EPA

Beeldvorming, de – beeld dat ontstaan is van een persoon of een zaak, het imago daarvan, veelal met de bijgedachte dat dit onvolledig of onjuist is. (Van Dale) 

Fortuyn doet in de interviews die volgen op deze eerste karakteriseringen zijn best om ze te bevestigen. Maar een beeld dat ontstaat door beeldvorming is per definitie onvolledig en ongenuanceerd. Het werkt vooroordelen in de hand. Daar zal Fortuyn nog last van krijgen.

Beeldvorming vindt in het geval van Fortuyn plaats van twee kanten. Voor zijn groeiende aanhang wordt Fortuyn steeds meer een verlosser, The Chosen One. Voor zijn tegenstanders is hij in steeds sterkere mate de verpersoonlijking van het rechtse populisme.

Twee filters

Al zijn uitspraken en teksten worden gezien door die twee filters. Ze dienen niet meer om de ontvangers te overtuigen, maar alleen nog maar om hen in hun opvattingen te bevestigen en van munitie te voorzien.

Na de verschijning van De puinhopen van acht jaar paars, in maart 2002, heeft Fortuyns aanhang haar bijbel. In eerdere boeken (De verweesde samenleving, De islamisering van onze cultuur) heeft Fortuyn gezaaid. In De puinhopen wordt zijn gedachtengoed – een bont geheel van sociaal-democratische ideeën vermengd met neo-liberale opvattingen en overgoten met een saus van conservatief verlangen – uitgewerkt. Het boek wordt een instant-bestseller. Bij de presentatie krijgt Fortuyn een kotstaart in zijn gezicht gedrukt. Bij zijn radicale tegenstanders heeft de beeldvorming rond de lijsttrekker van de Lijst Pim Fortuyn dan al vaste vorm aangenomen en is ze in beton gegoten: hij is een fascist en een racist.

Pim Fortuyn staat de pers te woord in Nieuwspoort na besmeurd te zijn met een kotstaart.Beeld Ed Oudenaarden / ANP

Het doet er niet meer toe wat er precies in het boek staat of wat Fortuyn zegt. De stellingen zijn ingenomen, de hakken staan in het zand. Fortuyn is de controle kwijt en kan daar weinig meer aan doen. De beeldvorming heeft het, naar twee kanten, definitief overgenomen van wie hij werkelijk is. Of je vindt Pim het genie dat Nederland moet redden, of je vindt hem degene die het land splijt.

De beeldvorming laat geen nuance toe, ze is radicaal.

Pim Fortuyn verandert eerst van een burgerlijk katholieke adolescent die een carrière binnen de kerk overwoog in een uiterst linkse, marxistische student. Daarna heeft hij zich als sociaal-democraat aangesloten bij de PvdA. Vervolgens is hij als liberaal naar de VVD gegaan, en nu speelt hij zijn volgende – en laatste – rol: die van ‘volksnationalist’, opschudder van de nationale politiek, scherp debater, volksmenner, provocateur en kandidaat-premier.

Giswerk

Wat hem tot zijn merkwaardige gang door de politieke overtuigingen bracht blijft giswerk. Fortuyn was een politieke opportunist, een eeuwig afgewezene die trouw zwoer aan wie hem accepteerde. Een twijfelaar die zijn onzekerheid verborg achter spotlust en vlijmscherpe woorden. Of dat beeldvorming is of werkelijkheid is moeilijk uit te maken, vermoedelijk van allebei wat.

De beeldvorming speelde in elk geval een rol bij de beoordeling van de plannen waarmee hij wilde bestrijden wat er volgens hem fout zat in de samenleving. Wie tegen Fortuyn was, zag hem als de Nederlandse (Jean-Marie) le Pen, Jörg Haider of Philip Dewinter, als de Nederlandse variant van het moderne fascisme. Daar verzette Fortuyn zich uit alle macht tegen. Hij wilde een eind maken aan de Nederlandse achterkamertjespolitiek van de baantjesjagers en plucheplakkers, de bestuurscultuur veranderen en – ook dat – het aantal (islamitische) immigranten beperken.

Pim Fortuyn in discussie met Abdullah Haselhoef.

De oplossingen die Fortuyn aandraagt werden destijds radicaal bevonden, maar zouden nu in de meeste gevallen amper meer voor ophef zorgen. De verweesde samenleving uit 1995 is ook nu nog een interessante analyse van wat er mis is met de Nederlandse maatschappij – al ontbreekt een duidelijke lijn en danst het boek alle kanten op.

Ruim twee maanden na zijn aantreden als lijsttrekker van Leefbaar Nederland (At your service!’) eind november 2001, heeft de beeldvorming rond Fortuyn een nieuwe impuls gekregen, ditmaal door zijn eigen toedoen. Op 9 februari publiceert de Volkskrant een interview met de politicus door Frank Poorthuis en Hans Wansink. Leefbaar Nederland staat op dat moment in de peilingen op twintig zetels.

Artikel 1

Fortuyn besluit er geen doekjes om te winden. Hij wil het anti-discriminatieartikel 1 uit de Grondwet schrappen en hij noemt de islam een achterlijke cultuur. De grenzen zouden wat hem betreft gesloten moeten worden: ‘Er komt geen islamiet meer binnen!’ Dat dit bij Leefbaar Nederland niet in goede aarde zal vallen, kan hem niet schelen. ‘Nou, daar moest ik me maar eens niet zoveel meer van aantrekken.’

Hier spreekt de beroepsprovocateur Fortuyn, en met succes. De pleuris breekt uit, de Wet van Pim wordt bevestigd. Twee dagen later is Fortuyn geen lijsttrekker van Leefbaar Nederland meer en op 15 februari wordt de Lijst Pim Fortuyn ingeschreven bij de Kiesraad. Fortuyn blijft wel lijsttrekker voor Leefbaar Rotterdam, dat drie weken later zal deelnemen aan de gemeenteraadsverkiezingen.

Op 6 maart boekt Leefbaar Rotterdam een opzienbarende zege tijdens die verkiezingen: Leefbaar haalt 35 procent van de stemmen. Die avond werkt de beeldvorming krachtig in het voordeel van Fortuyn. PvdA-lijsttrekker Ad Melkert komt pas laat aan bij het NOS-slotdebat onder leiding van Paul Witteman, hij is moe en chagrijnig vanwege de nederlaag die zijn PvdA heeft geleden. Fortuyn verkeert in opperbeste stemming en maakt zo nu en dan een pesterige opmerking. De beeldvorming is genadeloos voor Melkert, die arrogant overkomt en bovendien weigert Fortuyn te feliciteren met zijn overwinning.

Pim Fortuyn (links) passeert PvdA-fractievoorzitter Ad Melkert na het tv-debat.Beeld Marcel Antonisse / ANP

Het is dan nog tien weken tot de verkiezingen voor de Tweede Kamer. Ondanks het echec van Melkert wijst niets erop dat de LPF de verkiezingen zal gaan winnen. In de peilingen van april is de partij van Pim Fortuyn steeds de vierde en een enkele keer de derde partij, achter PvdA, CDA en VVD. Op 1 mei – Fortuyn is na het ‘Soundmixshow-debat’ uitgeroepen tot winnaar – wordt de LPF gepeild op 26 zetels, achter de PvdA (30) en het CDA (29).

Pleefiguur

Een paar dagen voor zijn dood heeft Fortuyn een ontmoeting met de journalist John Simpson van de BBC. Hij is er van overtuigd dat die van plan is hem neer te zetten als een extreem-rechtse racist. Mede door zijn abominabele Engels slaagt Fortuyn er niet in dat idee te ontkrachten. Zijn tegenstanders zien zich bevestigd in wat ze al dachten: deze man is volkomen ongeschikt om premier te worden. Of zoals Frits Bolkestein (VVD) in het kader van de anti-Fortuyn-beeldvorming heeft beweerd: in het buitenland slaat Nederland met premier Fortuyn straks een ‘pleefiguur’.

Dan wordt het 6 mei. Die ochtend publiceert de Volkskrant het bericht dat volgens Ton van Dijk, opiniepeiler van het bureau Intomart, de LPF 38 zetels zal veroveren en daarmee de grootste partij wordt. Weliswaar peilt ook Intomart Fortuyn voortdurend op 23 of 24 zetels, maar er moet volgens Van Dijk rekening mee worden gehouden dat een groot deel van Fortuyns aanhangers onder de radar van de peilers blijft. Dat was in maart zo in Rotterdam, zegt hij, waar de LPF veel meer zetels haalde dan verwacht, dat kan nu heel goed weer zo zijn. Zo komt Van Dijk tot de explosieve conclusie dat Fortuyn op koers ligt om premier van Nederland te worden.

Is Van Dijks voorspelling realistisch? Of is ook hij in de ban geraakt van de beeldvorming rond Fortuyn, wiens partij zich niets lijkt aan te trekken van de totale chaos rond de vorming van zijn kandidatenlijst? Die maar blijft beweren dat hij de nieuwe premier is, hoewel de koele cijfers daar geen enkele aanleiding voor geven?

Albert de Booy, vriend van Fortuyn en een van de oprichters van de LPF, is niettemin euforisch en belt Pim Fortuyn. ‘Heb je de Volkskrant gelezen?’ vraagt hij. ‘Pim premier!’ ‘Dan is dit het moment om te stoppen’, antwoordt Fortuyn. ‘Dit is een signaal aan Nederland. Dan doet het land er maar mee wat het wil.’

Pim Fortuyn slaat de handen voor de ogen als blijkt dat hij tot lijsttrekker is gekozen op het verkiezingscongres van Leefbaar Nederland.Beeld Bert Verhoeff

Nachtmerrie

Misschien staat hij op het punt zijn boude voorspelling waar te maken en premier van Nederland te worden, maar nu verwordt dat beeld van ultieme wensdroom tot nachtmerrie. Wie moet hij minister maken? De kandidatenlijst bestaat voornamelijk uit politiek wrakhout, hadjememaars en avonturiers. Pogingen om mensen van naam naar de LPF te halen zijn mislukt. En, nog belangrijker: is hijzelf wel goed genoeg? Is hij een waardig premier? Of nadert het moment waarop hij genadeloos door de mand gaat vallen als charlatan?

Albert de Booy zegt er later over in het boek In de ban van Fortuyn van de journalisten Jutta Chorus en Menno de Galan: ‘Het was te groot voor Pim. De last was hem te zwaar. Misschien was hij ook wel geen goed premier geweest. Hij had er vaak genoeg van, bijna dagelijks. Hij wilde ermee ophouden.’

Fortuyn lijkt in paniek. De beeldvorming heeft fantastisch gewerkt, maar nu dreigt de werkelijkheid het over te nemen en hem naar het Catshuis te brengen. Nu zal blijken, zo lijkt hij te vrezen, dat beeldvorming ook maar gebakken lucht is.

In het hoofd van Volkert van der G. heeft de beeldvorming inmiddels voor kortsluiting gezorgd. Hij voorziet rampen als gebeurt wat opeens onvermijdelijk lijkt: dat Fortuyn premier wordt en de LPF de grootste partij. Hij besluit dat het zijn taak is dat doemscenario te stoppen.

De begrafenisstoet van Pim Fortuyn op de Coolsingel in Rotterdam.Beeld Robin Utrecht / ANP

De beeldvorming is ook na Fortuyns dood doorgegaan. Zijn aanhangers beweren dat Nederland een uniek premierschap is ontgaan, dat Fortuyn voor een renaissance had gezorgd. Naarmate hij langer dood is, worden hem steeds grotere kwaliteiten toegedicht – en wie kan ze weerleggen?

Maar vaststaat dat Fortuyn pas een succesvol premier had kunnen worden wanneer de werkelijke politicus Fortuyn de beeldvorming rond zijn persoon had overtroffen.

Dat komt voor, maar niet zo vaak.