Direct naar artikelinhoud
BrievenZaterdag 4 augustus

De koe bestaat bij de gratie van vleeseters

De ingezonden lezersbrieven van zaterdag 4 augustus

De koe bestaat bij de gratie van vleeseters
Beeld Marcel van den Bergh

Cynthia Pallandt heeft ethische bezwaren tegen de doe-het-zelf-kip (O&D, 30 juli). Haar alternatief is om die kip niet te doden, maar wat ze er niet bij vertelt, is dat die kip dus ook nooit zal leven. Wat is diervriende­lijker, een dier dat – weliswaar kort – een prima leven heeft gehad of een dier dat nooit geleefd heeft?

Misschien verandert ze van gedachten als ik haar vertel over de koe uit de jeugd van mijn vader. Mijn opa, een weduwnaar die een kruidenierswinkeltje bestierde in het dorp Enter, had in de jaren dertig één koe, die ’s zomers graasde op een veldje buiten het dorp en ’s winters op stal ging in de schuur achter het huis. Op een vroege ochtend in het najaar werden mijn vader en opa eens gewekt door een stevig bonkend geluid dat van buiten kwam. Het bleek hun koe te zijn die probeerde de schuurdeur te openen. Blijkbaar vond ze het in de wei zo koud geworden dat ze naar de warme stal verlangde.

Diezelfde koe moest ook eens per jaar gedekt worden, koeien geven immers alleen melk als ze een kalfje hebben. Daarvoor bracht mijn opa de koe altijd naar een stier op een nabijgelegen boerderij. Mijn vader vertelde dat de koe onderweg een keer ontsnapt was. Wat bleek, de koe was zelf al in een drafje naar de boerderij gelopen, want ze had allang in de gaten dat ze weer besprongen zou gaan worden door haar geliefde stier.

Stel dat mijn opa veganist was geweest, dan had deze koe, dit prachtige intelligente beest, dat met volle teugen genoot van het leven, dat dankzij haar bestaan melk en uiteindelijk vlees gaf aan mijn opa en zijn kinderen, nooit geleefd. Cynthia Pallandt had haar geen leven gegund, want ze had immers bestaan bij de gratie van vleeseters.

Robert Mekenkamp, Almelo 
verantwoord vleeseter

Gatti

De kop ‘#MeToo kost maestro Gatti de kop’ (Ten eerste, 3 augustus) is onjuist. Niet de internationale beweging tegen seksuele intimidatie en aanranding maar het gedrag van Gatti leidde tot zijn ontslag bij het Concertgebouworkest. De muzieksector moet duidelijk af van de ‘ouderwets bazige maestro’. Het zou helpen als wij, het publiek, ook eens een kaartje kochten van een concert geleid door een minder beroemde naam – van een dirigent die met het orkest samenwerkt en vrouwelijke leden gewoon ­gelijkwaardig behandelt.

Marloes Schoonheim, Abcoude

Impertinent

Wat is er ‘enigszins impertinent’ aan de vraag of iemand met een licht Duits accent misschien uit Duitsland komt (Ten eerste, 3 augustus)? Is het antwoord ‘Nee, uit China’ niet impertinenter?

Bennie Waanders, Enschede

Pensioen in Duitsland

Net als de schrijver van het Commentaar van 2 augustus, Peter Giesen, ben ik al ­jaren voorstander van het koppelen van het aantal gewerkte jaren aan de pensioengerechtigde leeftijd. Ik wil de schrijver er graag op wijzen dat dit systeem in Duitsland reeds in praktijk wordt gebracht, naar volle tevredenheid. Sinds een aantal jaren kan men daar, indien men 45 jaar pensioenpremie betaald heeft, met pensioen gaan. Aangezien Duitsland een vergelijkbare demografische opbouw heeft en ook degelijk begrotingsbeleid nastreeft, is het zinvol voor Nederland het voorbeeld van onze oosterburen te volgen, of op zijn minst te overwegen.

Peter Simons, Venlo  
sinds 1989 werkzaam in Duitsland

Startleeftijd pensioenopbouw

Met belangstelling las ik het Commentaar ‘Pensioenen’ van Peter Giesen (O&D, 2 augustus). Ik heb een redelijke opleiding genoten, en ben daarna op 22-jarige leeftijd gaan werken. Ik mocht echter pas op mijn 25ste deelnemen aan het Philips Pensioenfonds. De pensioengerechtigde leeftijd was 65 jaar. Ik lees in veel publicaties dat de startleeftijd voor pensioenopbouw tegenwoordig ‘gemiddeld’ op 21 jaar ligt. Is dat niet gewoon te laat om eerder te kunnen stoppen?

Jacob Hoeve, Heerde

Derk Jan Eppink

In een (zoveelste) poging een ‘evenwichtig’ verhaal te construeren tussen de ­Democratische vermoedens van collusion, waar Robert Mueller onderzoek naar doet, en het Republikeinse verhaal dat de Deep State samenzweert tegen Trump, stelt Derk Jan Eppink (O&D, 1 augustus) ronduit dat in het afluisterverzoek van de FBI ‘niet werd vermeld dat Steele voor zijn dossier werd gefinancierd door de Democratische Partij en de Clinton-campagne. De FBI misleidde de rechter.’

Een dubieuze weergave van de realiteit, en ook nog eens trumpiaans onjuist. Een afluisterverzoek van de FBI ­passeert diverse ambtenaren van het ­ministerie van Justitie die checken of het verzoek op meerdere, aannemelijke gronden gebaseerd is.

Ko Colijn, Leiden

Pinda’s

Lang geleden leerde ik van de dermatoloog, die bij mijn zoon een pinda-allergie constateerde, dat pinda’s geen noten zijn (Economie, 3 augustus). Het zijn de wortels van de aardplant. Noten groeien aan bomen.

Margriet van der Velde, Oosterhout

‘Kijk, die lul gaat werken’

Het advies van het demografisch instituut Nidi is vermoedelijk gemaakt achter een tekentafel door mensen die zich niet echt verdiept hebben in dit probleem (Ten eerste, 1 augustus).

Enkele decennia geleden woonde ik als beginnend onderwijzer in een nieuwbouwwijk in Rotterdam. Ik stond om 6 uur op om op tijd op mijn werk te zijn. Ik moest een uur reizen met het openbaar vervoer. De tram waarmee ik uit mijn wijk reed, was vaak ontzettend leeg. De rest van de mensen in de wijk sliep. Sterker nog, de wijk sliep elke dag uit. Veel mensen leefden daar van een uitkering en verdienden er graag ook nog wat bij. Velen waren laagopgeleid. Mijn buurman, aardige man met een tweede auto en een boot voor de deur, laagopgeleid, zei: ‘Kijk, die lul gaat werken.’

Ik heb een leuke baan, heb er altijd hard voor gewerkt, betaalde vanaf mijn 16de mijn studie door ook in de weekenden te werken. Mij lijkt een onderscheid tussen laag- en hoogopgeleiden volstrekt arbitrair. Ik ken genoeg hoogopgeleiden die niet of slechts enkele ­jaren van hun pensioen hebben mogen genieten.

Wilke Vos, Rotterdam

Foute boel

Het is officieel: wij in Lichtenvoorde zijn het droogst. Niemand wil de droogste zijn. Waar twee weken geleden het bier nog rijkelijk vloeide op de Zwarte Cross, verkruimelen nu de bladeren aan de bomen. Ik maak me zorgen, de hele zomermaand juli lang en nu is het al augustus. In de tuin knispert het onder mijn voeten, gras dat klinkt als verse sneeuw. Foute boel. Met de hond wandelend langs het aardappelveld van de buurman, trek ik er drie planten uit. Aan de wortels zit niets, zelfs geen knolletje. Foute boel. Voor ons huis groeit maïs, het hoort manshoog te zijn en komt nu tot mijn knie. Foute boel. De buurboer maait normaal om de 4 weken zijn weides: wintervoer voor de koeien. De laatste keer was eind mei en aan dat voer is hij al begonnen, de weides zijn te schraal. Foute boel.

Lichtenvoorde in de Achterhoek is prachtig, maar ik had liever niet gezien door mijn keukenraam dat de kwetsbaarheid van de mens zo zichtbaar is in de plaats die mij dierbaar is. Bezorgd en ook een beetje angstig, mensen passen zich minder goed aan dan de natuur.

Ik hoor een bekende Nederlandse kok in een praatprogramma zijn zorg uitspreken over de schaarste aan producten straks, want ‘komen de klanten nog wel als de prijs van de gerechten hoger wordt?’ Zo dicht bij de Duitse grens kan ik alleen maar denken: ‘Deine Sorgen möchte ich haben.’

Maddy Hulshof, Lichtenvoorde

Nu lukt het wel

En Hij sprak met een glimlach: ‘Alweer heel lang geleden heb ik het eens geprobeerd met een zondvloed. Maar een paar waren mij toen te slim af. Misschien dat het me nu met het tegenovergestelde wel lukt. Wat extra droogte... En erg fijn dat ze nu bereid zijn me daarbij een handje helpen.’

Frits van het Hoofd, Arnhem

De waarde van water

De waarde van water wordt pijnlijk duidelijk in tijden van grote droogte! Het verwondert me dat er slechts in bijzinnen wordt gesproken over waterbesparing door privépersonen. Terwijl het zo simpel is, je moet er alleen even bij nadenken!

Kort douchen en het douchewater opvangen in een emmer. Dan kun je weer twee keer het toilet doorspoelen. Regenwater opvangen om de tuin te sproeien; het buitje afgelopen zaterdag leverde me bijna 100 liter water op, waar de planten erg blij mee waren.

En als je een schaaltje in de gootsteen zet, kun je het restwater opvangen als je je handen wast. Is weer goed voor de ­kamerplanten.

Ik doe dit alles al jaren, ook in tijden van grote nattigheid. Dan verbruik je geen 160 liter water per dag, maar misschien nog maar 40 liter.

Paul Impens, Utrecht

Vliegtaks is onzin

Iedereen is het erover eens dat er wat ­gedaan moet worden aan de vervuiling door vliegtuigen. In het Commentaar van 3 augustus pleit Hans Wansink voor het snel invoeren van een vliegtaks. Ik snap echt niet waarom dat een goed idee zou zijn. Het lijkt mij alleen maar een stimulans voor de luchtvaart om de kosten per vlucht nog verder te drukken, ten koste van bijvoorbeeld het personeel of de beenruimte.

Wij willen minder uitstoot, en als we dat willen bereiken via de fiscus, dan is het enige dat echt werkt het belasten van kerosine. De uitstoot van vliegtuigen gaat gelijk op met het verbruik van kerosine, dus elke vermindering in het verbruik is winst voor de mensheid.

Als kerosine duur wordt, loont het om te investeren in technische innovatie en zuinige vliegtuigen of om minder vluchten te maken met grotere vliegtuigen. Vergroening van het belastingstelsel is een heel goed idee, maar werkt averechts als die zich richt op de symptomen in plaats van de ziekte. Het zou jammer zijn als elektrisch vliegen niet van de grond komt vanwege de vliegtaks.

Eric Koenders, Amersfoort

‘Was het wel lang genoeg?’

Dorothee von Flemming zegt dat Duitse feuilletonisten willen laten zien hoe prachtig hun taal is en dat doen ze door lange teksten te schrijven (Ten eerste, 3 augustus). Jaarlijks ben ik gast op een tentoonstellingsopening in München. Daar worden ellenlange toespraken gehouden voor een publiek dat voor een groot deel geen Duits verstaat. Met als gevolg dat na verloop van tijd de aandacht verslapt en men met elkaar gaat praten.

Enkele jaren geleden hield de voor de tentoonstelling verantwoordelijke conservator een voor Duitse begrippen korte inleiding, waarin al het essentiële aan de orde kwam. Na afloop complimenteerde ik haar met haar verhaal. Reactie: ‘Was het wel lang ­genoeg?’ Ik antwoordde dat kwaliteit niet zit in de lengte, maar in de inhoud. Het bleek dat de museumdirecteur vooraf had gezegd dat het verhaal wel lang moest zijn. Toch bestaat er een mooi Duits spreekwoord: In der Beschränkung zeigt sich erst der Meister.

Willem Hoogstede, Amsterdam

Blijf van grondwaterstand af

Het artikel ‘Eureka! Verhoog de grondwaterstand’ (Ten eerste, 31 juli) is enigszins misleidend. Het gaat immers niet om het verhogen, maar om het stoppen met het jaar na jaar verder verlagen van de grondwaterstand, omdat het veen daarboven door uitdroging verbrandt. Bebouwing zakt niet mee, waardoor houten heipalen van woningen boven water komen en dan net als het veen ver­teren. Dus niks verhogen, maar verplichten tot nietsdoen en het veen wordt automatisch natter.

Frans Aarts, Renkum 
landbouwkundige

Zieke moet naar huisarts

Je moet er maar in geloven, in het ­eigen zorgmodel voor patiënten met de ziekte van Parkinson. Wat een onzin. Op zichzelf is het ook al niets nieuws. Voor allerlei chronische ziekteprocessen bestaan zorgmodellen met gespecialiseerde verpleegkundigen (nurse practitioners) in en buiten ziekenhuizen. Zoals borstkankerzorg, diabetes, hartfalen, longkwalen en nog enkele minder bekende. Het doel is ziekenhuisconsulten zo veel mogelijk te voorkomen en huisartsen en specialisten te ontlasten. De hoop is dat de kwaliteit van de zorg beter wordt en de kosten lager. Maar dat is moeilijk meetbaar en nooit bewezen.

Het gevaar is dat het chronische ­patiënten moeilijk wordt gemaakt hun eigen huisarts te spreken en dat allerlei hulppersoneel (geen artsen) op de stoel van de dokter gaat zitten. Dit leidt tot onnodige zorg, terwijl het broodnodig is te streven naar nood­zakelijke zorg.

Het vaste aanspreekpunt (loket) moet de huisarts zijn. Deze behandelt de chronisch zieke met zijn team of verwijst naar de specialist en/of

paramedische hulp. Dan zijn er ook geen loketproblemen.

Collega Bloem en het Radboud-­ziekenhuis moeten geen vijfde wiel creëren, ook al is dit goed bedoeld.

J.F. Groeneveld, Emmen 
chirurg, niet praktiserend