Direct naar artikelinhoud
Neem afscheid van het strakke grasveld: zo maak je van je gazon een oase
Beeld Krista van der Niet
Vijf tipsVoor een groene tuin

Neem afscheid van het strakke grasveld: zo maak je van je gazon een oase

Gazonnetjes zijn als supermarkten die veel reclame maken – ik ben groen en aantrekkelijk! – maar altijd dicht zijn. Voor vogels, bijen of vlinders is er niets te halen, schrijft tuincolumnist Loethe Olthuis. Dat kan beter.

Ooit was het vanzelfsprekend: had je een tuin, dan moest daar een grasveldje in. In een grotere tuin werd dat al snel een gazon dat gemaaid, bemest, bespoten, gelucht en bewaterd moest worden, totdat er geen enkel grassprietje uit het gareel sprong en madeliefjes sidderden bij het idee daar te moeten groeien.

Maar dat is veranderd. Een strak grasveld en een beplante tuin kosten moeite en werk, dus wordt er betegeld. Dan komt er een overkapping, grijs tuinmeubilair, een barbecue en klaar is je tuin. Heel misschien mag er ergens nog een olijfboompje in een pot staan…

Loethe Olthuis is journalist en schrijft over voeding, gezondheid en de laatste jaren vooral over duurzaamheid. Ze is tuincolumnist voor Trouw en schreef onder meer Duurzaam handboek voor de luie tuinier.  

Een betegelde tuin is de doodklap voor de biodiversiteit. Daarnaast worden de tegels ’s zomers bloedheet en als het regent, kan het water niet goed wegzakken. Het blijft staan of stroomt het riool in. Zonde in periodes van droogte en het zorgt voor meer wateroverlast tijdens hoosbuien, die steeds meer voorkomen. Dan is het vertrouwde grasveldje toch veel beter?

Nou nee. Een doorsneegazon is net een supermarkt die veel reclame maakt, maar altijd dicht is. Het ziet er groen en aantrekkelijk uit, maar er valt niets te halen voor vogels, vlinders, bijen of andere dieren. Geen bloemen, nectar of stuifmeel. Geen beschutting, schaduw of nestmogelijkheden. In een gazon vind je geen insecten, hoogstens een moedige worm. Een gazon is een groene woestijn.

Oké, anders dan bij tegels zakt regenwater de bodem in, en dat is inderdaad beter. Maar het kost ook heel veel water om het gras groen te houden, denk maar aan de verschroeide grasveldjes in de afgelopen hete, droge ­zomers. En dan is daar nog de mens met zijn maaier. Tuinbezitters bemesten en bewateren hun gras, zodat het goed groeit: vol en groen. En hoog.

Maar dat is niet de bedoeling. Net als andere planten kán gras bloeien. Insecten hebben daar weinig aan omdat gras door de wind wordt bestoven, maar vogels eten de zaadjes. Tenminste, als ze de kans zouden krijgen. Maar zodra de sprieten een paar centimeter hoog zijn, gaat hun kop eraf, net als die van de andere plantjes tussen het gras, waarvan de bloemen wel insecten lokken. Tot bloei zullen ze nooit komen.

Zelfs de regenwormen slaan op de vlucht

En hoe vaker en korter je maait, hoe meer kunstmest en bestrijdingsmiddelen je gebruikt, hoe onherbergzamer het wordt. Zelfs de regenwormen slaan op de vlucht. Dus is de vraag: waarom hebben we nog gazons?

Gras voelt lekker, zeker aan je blote voeten. Je kunt er heerlijk op luieren en het is ideaal voor spelende kinderen. Maar wie zijn grasveld vol laat groeien met madeliefjes, weegbree en paardenbloemen, krijgt commentaar van buren en vrienden. Een gazon hóórt groen en strak te zijn. Je hóórt zondags te maaien, luister maar eens naar alle maaimachines op een zomerse wandeling.

Zo’n voorbeeldig gazon moet je onderhouden. Er bestaat een hele gazon-industrie waar veel geld in omgaat. Er zijn bedrijven die tegen betaling de verzorging van het gazon uit handen nemen. Ze doen een grondanalyse, ze maaien, strooien kalk, zaaien, verticuteren en beluchten. Of ze gaan onkruid en ongedierte zoals engerlingen, mollen en keverlarven te lijf met vallen of gif.

We worden gebrainwasht

Tuincentra verkopen van alles om je grasveld vlak en strak te houden, van bestrijdingsmiddelen tot kunstmest. We worden gebrainwasht: zelfs tv-programma’s en radio-hoveniers geven tips voor het perfecte ­gazon.

En dat terwijl er alternatieven genoeg zijn die een stuk onderhoudsvriendelijker, diervriendelijker en klimaatbestendiger zijn. En nog mooier ook, als je er op een andere manier tegenaan kijkt.

Maar afscheidnemen van het gazon blijft moeilijk. Toch zou het een goed idee zijn. Maar liefst de helft van onze topbestuivers – bijen, hommels en een behoorlijk deel van de zweefvliegen – heeft het heel moeilijk. Van de 53 vlindersoorten die nu nog in ons land voorkomen, is ruim de helft zeldzaam of zeer zeldzaam. Nog eens tien vlindersoorten staan op het punt uit ons land te verdwijnen, zegt de Vlinderstichting.

Lui zijn is beter

Ook met de vogels gaat het niet echt geweldig. In de afgelopen twaalf jaar verdwenen negen inheemse broedvogels en iconische weidevogels, zoals de grutto, worden ernstig bedreigd. Zelfs met veelvoorkomende vogels ­zoals spreeuwen en eksters gaat het niet goed. Nu zijn daar veel oorzaken voor aan te wijzen, waar particulieren niet rechtstreeks controle over hebben, zoals klimaatverandering en grootschalige landbouw.

Maar wat we met onze tuin doen, hebben we wél in de hand. Volgens maaimeinietnederland.nl, een initiatief van de Bijenstichting, Flora van Nederland en Stichting Steenbreek, is de oppervlakte van alle gazons in Nederland gelijk aan 11.000 voetbalvelden. Als we nu al die honderdduizenden gazonnetjes eens op een andere manier zouden inrichten, zouden beplanten of niet bemaaien, maakt dat wel degelijk een verschil.

Insecten zoals vlinders en bijen zouden meer te eten hebben, meer beschutting en meer mogelijkheden om hun kroost groot te laten worden. Er komen vanzelf vogels die insecten, zaden en bessen eten. Als we minder gif gebruiken, zullen de bodemdiertjes terugkomen die voor een gezonde grond zorgen. Planten groeien beter, bloemen bloeien mooier en breiden zich uit.

En, niet onbelangrijk, het is minder werk. Want voor de natuur is een luie tuinier altijd beter dan een ijverige.

Vaarwel gazon!
Vijf manieren hoe het ook kan

1. Kies ander gras of bodembedekkers

Effect op klimaat en biodiversiteit:
ander gras ★★
bodembedekkers ★★★

Moeite: ★★

Esthetisch effect:
ander gras ★★
Bodembedekkers ★★★

Wil je toch een grasveld? Kijk dan verder dan het standaard raaigras. Kies voor sterkere, meer klimaatbestendige grassoorten of, nog beter, gras-kruidenmengsels. Zelf gras inzaaien is duurzamer dan plaggen kopen, omdat je je eigen zadenmengsels kunt kiezen.

Zo is rietzwenkgras droogte- en hittebestendiger: het zit onder meer in speciale ‘Water Saver’-grasmixen. Een grasmengsel met microklaver hoeft niet bemest te worden. Er zijn gras-kruidenmixen, waarmee je de biodiversiteit vergroot. Ze zijn er voor elke grondsoort. Zulke mixen zijn oersterk en je kunt ze maaien. Jammer genoeg zijn dit soort mengsels er vaak alleen in grootverpakking. Idee: sluit een grasdeal met je buren!

Als je je grasveld niet intensief gebruikt, zijn bodembedekkers een goede optie. Die breiden zich snel uit en dekken de grond af, onkruid krijgt geen kans. Je kunt er met mate over lopen, al is af en toe een stapsteen handig. Bodembedekkers hoef je niet te maaien, ze bloeien uitbundig en lokken bijen en vlinders. Aan welke planten moet je denken? De geurende kruiptijm, sedumsoorten en loopkamille of, in de schaduw, dikkemanskruid, goudaardbei, klimop of kleine maagdenpalm.

Zet tussen de acht en twaalf plantjes per vierkante meter om snel een dichte mat te krijgen.

Superhandig: kant-en-klare plantmatten met bodembedekkers die je zo in je tuin kunt ­leggen.

2. Minder en anders maaien

Effect op klimaat en biodiversiteit: ★★★★
Moeite: ★★
Esthetisch effect: ★★★★

Maai eens ánders: minder kort (je kunt je maaimachine op verschillende lengtes instellen), minder vaak of niet overal. Langer gras is beter bestand tegen droogte, het herstelt zich altijd weer. Als je geen kunstmest gebruikt, nestelen er zich beestjes als regenwormen en duizendpoten die je bodem gezond houden. Als je niet meer maait, krijgen allerlei bloemen een kans: boterbloem, paardenbloem en madeliefje, maar ook ereprijs, hondsdraf, klaver en margriet. En het gras zelf! Ze zorgen meteen voor meer kleur in je tuin en trekken massa’s vlinders en bijen.

Wat is minder vaak maaien? Om de drie, vier weken. Nog beter is om alleen in juni en eventueel september te maaien. Haal het maaisel wel weg, dan zie je steeds meer wilde bloemen komen. Slordig en onhandig, dat lange gras? Wees creatief. Maai alleen langs de randen van je grasveld. Maai paden en cirkels voor je tuinstoelen, of maai verschillende vormen, leuk voor kinderen.

De plekken die je maait en de verhouding kort en lang gras kun je zelf bepalen. Hoogteverschillen in je gras zorgen voor temperatuurverschillen en daar zijn vlinders blij mee. En het ziet er allesbehalve slordig uit!

3. Maak een bloemenweide

Effect op klimaat en biodiversiteit: ★★★★
Moeite: ★★★★
Esthetisch effect: ★★★★★

Een kleurige bloemenweide, insecten en vogels stemmen vóór! Bloemzaadmengsels genoeg, bij tuincentra en op internet. Kies biologische zaden en een mix van inheemse, eenjarige en vaste bloemen: op den duur nemen de vaste planten het over.

Een vierkante meter is al ­genoeg, uitbreiden kan altijd. Je moet wel even aan de slag. Steek het gras met de wortels uit. Maak de grond goed los. Verdeel een laagje (natuurlijk bemeste) tuinaarde over je weitje. Heb je zware kleigrond? Meng er wat zand door.

Waarschijnlijk zitten er nog zaden in van brandnetel, gras, heermoes of winde in de grond die je bloemen kunnen overwoekeren. Je hebt drie mogelijkheden. Netjes in rijen zaaien: markeer ze duidelijk. Alle groen dat tussen de rijen opkomt, wied je weg tot je zaailingen goed zijn opgekomen.

Bij de tweede en derde optie moet je nog een jaartje op je bloemenweide wachten. Bedek de blote aarde met zwart landbouwplastic zodat de zaden die nog in de grond zitten, doodgaan. Of poot, dicht op elkaar, biologische aardappels op je toekomstige weitje. Die maken korte metten met de meeste onkruidzaden en je houdt er de hele winter aardappels aan over.

4. Creëer je eigen natuurgebied

Effect op klimaat en biodiversiteit: ★★★★★
Moeite: ★★★
Esthetisch effect: ★★★★

Met een afwisseling van bloemen, vaste planten, struiken, bomen en daartussen slingerpaden lijkt zelfs een kleine tuin groot. Ver kun je niet kijken, je creëert allerlei spannende doorkijkjes. Een echt natuurgebied, waar planten, dieren én mensen zich thuisvoelen.

Denk niet te veel in stramienen en haal er geen tuin­architect bij. Het is jouw natuurproject! Vaak hoef je alleen je bestaande beplanting aan te vullen en je vroegere grasveldje te beplanten. Duur? Nee hoor. Begin klein. Verzamel planten en stekjes bij vrienden en kennissen, word lid van een (ecologische) tuinvereniging.

Kies zoveel mogelijk inheemse, vaste of tweejarige planten, struiken en bomen, die zijn vaak sterker en net zo mooi. Probeer het zo in te richten dat je het hele jaar bloemen hebt en bijen en vlinders altijd genoeg stuifmeel en nectar kunnen vinden. Zet bomen en struiken met bessen en vruchten neer, voor de vogels. Maak onder schuttingen of heggen doorgangen voor egels. Of verander je gazon in een vijver voor libellen, kikkers en vogels! De mogelijkheden zijn eindeloos, omdat er niks moet en (bijna) alles mag.

5. Herwilderen

Effect op klimaat en biodiversiteit: ★★★★★
Moeite: ★
Esthetisch effect: ★★★

Dit is het meest extreme alternatief, alleen geschikt voor een relaxte tuinier die niet gehecht is aan netjes. Doe eens niks! Het kan in je hele tuin of alleen op een grasveld van een vierkante meter. Stop met bemesten, bespuiten, kalk of water geven, verticuteren of je druk maken.

Voor dit herwilderen heb je wel een lange adem nodig. En het wordt behoorlijk rommelig: daar moeten je huisgenoten ook tegen kunnen! Bovendien moet je wel íets doen. In de natuur houden grazers het landschap open, zodat er zich meer verschillende planten kunnen vestigen. Ze nemen zaden mee in hun vacht.

Dat moet je als mens imiteren. Komen er het eerste jaar te veel bramen, brandnetels, zuring, winde of heermoes op tussen je gras: haal ze (deels) weg, hoewel een hele massa vlindersoorten alléén op brandnetels eitjes legt. Strooi eventueel zaden van wilde planten die bij jouw grondsoort en de ligging van je tuin passen. Al snel volgen er andere wilde bloemen, met in hun kielzog insecten en vogels.

En waarschijnlijk komen er nog jonge berken, eiken, esdoorns of vlinderstruiken op, die zich makkelijk uitzaaien. Dan krijg je geleidelijk een mini-bos in plaats van een grasveld.

• Informatie over bedreigde insecten en vogelsvlinderstichting.nlvogelbescherming.nlbijenstichting.nl
• Biologische Inheemse weidebloemzaden koop je o.a. bij cruydthoeck.nlbolster.nl of bloemenmengsel.nl
• Tips voor een wilde bloemenweidevelt.nu/tip/aanleg-van-een-bloemenweidevlinderstichting.nl of appeltern.nl/nl/tuinadvies/tuinieren
• Barenburg Water Saver-grasmix koop je o.a. op barenbrug.nlgraszaaddirect.nl en grastotaal.nl
• Gras-kruidenmixen bij o.a. Welkoop-vestigingen, graszaaddirect.nl of honingonline.nl (van Renatura)
• Bodembedekkers koop je o.a. bij het tuincentrum of sprinklr.co (biologisch)
• Kant-en-klare bodembedekkersmatten koop je o.a. bij garmundo.nl of yarinde.nl 
• Een groot assortiment inheemse bloemen, planten, struiken en bomen vind je o.a. op Sprinklr.cocruydthoeck.nl , plantenvanhier.nl of hessenhof.nl 
• Bijen- en vlinderplanten koop je o.a. bij bastin.nl/webwinkel/bijenplanten.htmlcruydthoeck.nlkwaliteitsplanten.nlkwekerij Van Houtum in Doorn en bij sommige tuincentra.
• Bij ecologische tuinvereniging Velt vind je veel informatie over natuurlijk tuinieren. Bovendien koop je er zaden en bollen met korting: velt.nu 
• Informatie over herwilderen vind je o.a. in het boek De tuinjungle van Dave Goulson, AtlasContact; 304 blz. €15

Lees ook:

Maak kennis met het kleine legertje dat in uw tuin aan het werk is

Je dacht misschien dat jij op je eentje je tuin onderhoudt, maar dat heb je mis. Want in iedere tuin, en zelfs op je balkon, leven miljoenen co-werkertjes.