Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

Media

Een nietsontziende blogger

Met 60.000 leden haalt GeenStijl-omroep PowNed de drempel morgen makkelijk.

Hoe Dominique Weesie de grenzen van de journalistiek lekker hard heeft opgerekt.

Dominique WEESIE (1969) Oprichter en directeur van weblog " Geen Stijl" en omroepvereniging PowNed wordt besprongen door een van zijn medewerkers in het redaktielokaal van Pand Noord in Amsterdam - Noord. foto VINCENT MENTZEL/NRCH==B/W==Nederland. Amsterdam, 10 maart 2009
Dominique WEESIE (1969) Oprichter en directeur van weblog " Geen Stijl" en omroepvereniging PowNed wordt besprongen door een van zijn medewerkers in het redaktielokaal van Pand Noord in Amsterdam - Noord. foto VINCENT MENTZEL/NRCH==B/W==Nederland. Amsterdam, 10 maart 2009 Mentzel, Vincent

Wendy van Dijk is woest. Hoe durft GeenStijl? Begin februari publiceert de website stellig een roddel over haar liefdesleven. De tv-presentatrice spant een kort geding aan. GeenStijl-directeur Dominique Weesie moet keihard lachen als hij de dagvaarding ontvangt. „Dominique vindt dat publieke figuren tegen een stootje moeten kunnen”, zegt Jeroen Hendriks, oud-collega bij De Telegraaf. GeenStijl staat voor het eerst voor de rechter en verliest „glansrijk”.

Omfloerst taalgebruik is niet de stijl van GeenStijl. De site geeft hard, sarcastisch en anoniem commentaar op het nieuws. Weesie heeft de blognaam Fleischbaum. In het echt een aardige, ambitieuze jongen, maar op internet niets en niemand ontziend. „Je zit achter het toetsenbord en je speelt een rol”, zegt collega Ambroos Wiegers alias Prof. Hoxha.

In zes jaar tijd heeft Weesie (1969, Rotterdam) samen met Wiegers zijn weblog uitgebouwd tot een spraakmakend medium én een zakelijk succes. Bij de sites van GS Media, sinds 2008 dochter van De Telegraaf, werken zeventien mensen. Weesie leidt ook het initiatief voor de publieke omroep van GeenStijl, PowNed. Met 60.000 leden voor 1 april, morgen, lijkt de eerste drempel gehaald om Hilversum te veroveren.

Het is het wereldje waar Weesie juist zo graag tegenaan schopt. „Dat is een heel lastige spagaat”, zegt hij zelf. „Dominique is veranderd van een journalist die een emotionele snaar weet te raken in een vakkundig zakenman die de uitdaging niet uit de weg gaat”, beschrijft vriend en adviseur Sven van Hulst.

Weesie woont in Amsterdam, samen met zijn vriendin Sophie. Hij bracht zijn jeugd door in Krimpen aan den IJssel. Zijn vader had een bedrijf in hijs- en hefwerktuigen, zijn moeder zorgde voor het huishouden. Vriend Marc Pols woonde in dezelfde straat. Beiden groeiden op in „een rustig, beschermd milieu in gemoedelijke vrijheid”.

Nadat Weesie de School voor de Journalistiek in Utrecht zonder diploma verliet, gaven ze samen een feest. „Dat liep uit de hand, een wc werd gesloopt. Dominique wilde weten wie dat had gedaan, maar ik hield mijn mond”, zegt Pols. „Tien jaar later vroeg hij het nog eens. Toen ik alsnog de schuldige opbiechtte, keek hij me een dag lang niet aan omdat ik het voor hem had verzwegen.”

Weesie houdt niet van „draaikonten”, zegt Van Hulst. „Hij is allergisch voor mensen die recht praten wat krom is.” Weesies uitgangspunt is dat op de rand van de afgrond de mooiste bloemen groeien. „Het risico is dat je er overheen schiet. Hij is nooit te beroerd om te erkennen dat hij een situatie verkeerd heeft ingeschat.”

Een wonderlijke combinatie noemt Weesie zijn tien jaar durende samenwerking bij De Telegraaf met Jeroen Hendriks, nu chef van de Financiële Telegraaf. Hendriks was de keurige Haagse verslaggever, Weesie „meer de vrije jongen”. Hun eerste gezamenlijke verhaal werd de opening van de krant (1 september 1993). Hendriks: „Het ging over de nieuwe carpoolcampagne van minister Maij-Weggen. Op voorhand een mislukking. Verder hebben wij samen een zetje gegeven om het rekeningrijden om zeep te helpen.”

De regels van de journalistiek begonnen te knellen. Het plan voor een weblog dat brak met journalistieke wetten, zoals scheiden van feiten en commentaar en hoor- en wederhoor, ontvouwde hij aan vrienden tijdens een weekeinde vissen. De naam had hij al vastgelegd: GeenStijl.

Frank Volmer, directeur Telegraaf Media Nederland, wist eerst niet dat een redacteur van De Telegraaf een weblog maakte „in de baas zijn tijd”. Weesie koos in 2004 voor GeenStijl. Twee jaar later zou De Telegraaf 2,4 miljoen euro hebben betaald voor 40 procent van de aandelen. In 2008 kocht De Telegraaf de rest.

GeenStijl is nu het populairste weblog van Nederland, volgens de Stichting Internetreclame (STIR). GeenStijl en zustersite Dumpert (filmpjes) had GeenStijl afgelopen half jaar gemiddeld 1,1 miljoen bezoekers per maand. Affaires zorgen voor uitschieters. In november 2007 trok de site 1,8 miljoen bezoekers met een blootfilmpje van tv-presentatrice Manon Thomas.

Sommige ‘reaguurders’ – de lezers die reageren – richten hun pijlen ook op de makers van GeenStijl. Weesie werd twee jaar geleden bijvoorbeeld ernstig bedreigd en stapte naar de politie. „Dat gebeurt op internet heel makkelijk. Het is niet zo dat ik dan niet meer over straat ga”, zegt hij. Tegenwoordig kent GeenStijl een ban op doodsbedreigingen, racisme en extreem-rechts taalgebruik.

De politieke impact van de site is groot. Het minutenlange zwijgen van minister Vogelaar in een filmpje op GeenStijl versnelde haar aftreden. „Het politieke debat is verhard en persoonlijk geworden”, zegt Robbert Baruch, voormalig Statenlid, oud-PvdA-bestuurder van de Rotterdamse deelgemeente Feijenoord en criticus van Weesie’s website. „GeenStijl drijft mee op die stroom.”

Grondleggers Weesie en Wiegers hebben niet vaak ethische discussies over hun grenzen. „Neuh”, zegt Wiegers, „We spelen alleen ‘advocaat van de duivel’. We proberen barsten te schieten in elkaars argumentatie.”