Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Economie

Leegte in het Land van Ooit

Ooit Tongeren, al weer een nieuw themapark in België , is naarstig op zoek naar bezoekers voor zijn sprookjes. Een gevolg van een verzadigde markt of van onbekendheid? Zomerleed vlak over de grens.

De Luie Lakei en de eenden in het restaurant hebben te weinig bezoekers via de hoofdingang van het Land van Ooit in Tongeren zien binnenkomen Foto’s Chris Keulen Belgie, Tongeren, 16/8/2007 Land van Ooit Tongeren, geopend op 16 juni 2007, trekt weinig bezoekers. Luie lakei, Lazy Lackey. foto: Chris Keulen
De Luie Lakei en de eenden in het restaurant hebben te weinig bezoekers via de hoofdingang van het Land van Ooit in Tongeren zien binnenkomen Foto’s Chris Keulen Belgie, Tongeren, 16/8/2007 Land van Ooit Tongeren, geopend op 16 juni 2007, trekt weinig bezoekers. Luie lakei, Lazy Lackey. foto: Chris Keulen Keulen, Chris

De slagbomen geven toegang tot een uitgestrekt, maar grotendeels leeg parkeerterrein. Het complex zelf, waarvoor al die parkeerplaatsen bestemd zijn, straalt ook al niet uit dat het hier nu allemaal gebeurt. Ooit Tongeren, de Belgische variant van het in het Brabantse Drunen gevestigde themapark voor kinderen Land van Ooit, heeft een duidelijk probleem.

Half juni werd het 23 miljoen euro kostende familiepark vlak over de grens bij Maastricht geopend. Maar tot nu toe hebben de bezoekers het massaal laten afweten. Een nu worden er ook nog vraagtekens gezet bij de boekhouding.

Kortom, het rommelt rondom het park dat de ambitie had de allerjongsten in sprookjesachtige sfeer te laten kennis maken met de tijd van Romeinen, Galliërs ridders, jonkvrouwen en edelmannen. Vorig jaar had het Nederlandse Land van Ooit ook al financiële problemen.

Het weer kan deze middag in elk geval geen beletsel zijn voor een bezoek aan het net buiten het centrum van Tongeren gelegen park. De zon overheerst en de temperatuur is aangenaam. Aan de kassa - in het park Ooit dat in alles de tijd van toen wil uitstralen toepasselijk ,,visumverkoop’’ geheten - houdt de caissière de moed erin. ,,Rustig? Nee, hoor dat valt wel mee, de meeste mensen zijn al binnen’’, zegt zij.

De families die de tocht naar Tongeren hebben ondernomen, zijn door het tien hectare metende park opgeslorpt. Leegte, dat is wat Ooit Tongeren vooral te zien geeft. Lege tafeltjes en stoeltjes, lege paden, lege attracties. Dagelijks hoogtepunt is het ,,spektakel met Ambiorix en de Romeinen’’ in het geheel overdekte Colosseum dat 4000 zitplaatsen telt. De show met paarden en zwaardgevechten tussen ridders weet zo’n 300 bezoekers te trekken. Na afloop klaagt een grootvader die zijn kleinkinderen had meegenomen over de presentator die zo hard door de microfoon schreeuwde om boven de muziek uit te komen dat hij helemaal onverstaanbaar werd.

Het idee voor het park kwam acht jaar geleden van de burgemeester van Tongeren Patrick Dewael, de huidige liberale minister van Binnenlandse Zaken van de federale regering van België. Volgens Dewael had de bijna 30.000 inwoners tellende, uit 15 voor Christus stammende oudste stad van België behoefte aan een toeristische trekpleister.

De Nederlanders Marc en Marjan Taminiau, die eerder het Land van Ooit in Brabant opzetten, kwamen met het plan voor een Belgische vestiging van hun project. De lokale overheid was zeer geïnteresseerd: van de 23 miljoen euro die het opzetten van het park heeft gekost komt 13 miljoen uit de gemeenschapskas. Ooit Tongeren zou werk kunnen bieden aan ongeveer 150 mensen. Bovendien zou een park dat volgens de eerste schattingen tussen de 150.000 en 250.000 bezoekers per jaar kon trekken ook een positief effect hebben op plaatselijke horeca en middenstand.

Maar die bezoekers laten dus juist op zich wachten. Volgens exploitant Taminiau, een voormalig directeur van De Efteling, hebben 50.000 mensen het park bezocht. Het hadden er minimaal 75.000 moeten zijn om rendabel te kunnen draaien. Geen uniek probleem, stelt Guy Bodeux, in het echt personeelsmanager maar in de taal die op het park gehanteerd wordt: Minister van Goede Zorgen voor Ooiters. „Ik heb zelf het gevoel dat het voor niemand in de toeristische sector nu het beste jaar is. Er hadden meer bezoekers kunnen zijn. Maar ik vind niet dat je nu al na zes weken waarin het iets minder is gelopen dan verwacht moet zeggen dat het hele project is mislukt.”

De vraag is wel of Ooit vergeleken bij spektakelparken als Bobbejaanland, Walibi of Plopsaland niet te weinig te bieden heeft voor de twintig euro entree. „Waar is K3?”, tekende de krant Het Belang van Limburg op uit de mond van een jonge bezoeker.

„Wij boren bewust een andere doelgroep aan”, zegt Bodeux. „Het klopt dat wij in ons park geen bekende mensen van de televisie hebben rondlopen. De troef die wij hebben is theater en een fantasiewereld. Men komt hier niet naar toe om in een zware rollercoaster te gaan zitten. Je ziet hier dan ook weinig kinderen die ouder dan zijn dan twaalf of dertien jaar. Maar voor ouders en grootouders is dat nu juist prettig. Kinderen kunnen overal zelf ongestoord naar toe lopen en er zijn geen hallen met gillende stemmen.’’

En er zijn geen wachtrijen. Bij de waterglijbaan liggen de speciale rubberbootjes te wachten op bezoekers. In het op vele tientallen mensen berekende Galjoen trekt een gezin van vier personen aan de roeispanen. „Je ziet wel dat dit het eerste seizoen is”, zegt een moeder terwijl ze haar kind bij het ‘fontijnenparcours’ in de gaten houdt. „Maar ik vind het eigenlijk wel rustgevend, al dat groen.’’