In memoriam: Ella Vogelaar (1949-2019): een vakbondsvrouw die vastliep als minister
Op papier klopte alles. Na het ministerschap van Rita Verdonk wilde de PvdA in het vierde kabinet-Balkenende een meer verbindend geluid laten horen rond integratie. Daarom werd Ella Vogelaar in 2007 naar Den Haag gehaald, om minister voor Wonen, Wijken en Integratie te worden. Gepokt en gemazeld was ze in de vakbondswereld, en in de jaren vóór haar ministerschap was ze een bekend gezicht in de Nederlandse ‘polder’. Bovendien kende ze het dossier inburgering, waar ze als ambtenaar in het tweede kabinet-Kok nauw bij betrokken was.
Toch werd haar ministerschap een moeizame exercitie. Door de opmars van Pim Fortuyn en later Geert Wilders was integratie een uiterst gevoelig thema geworden. Toen Vogelaar bij de start van haar ministerschap uitsprak dat een boerka op straat ‘moet kunnen’, maar niet als dat belemmerend is bij het uitoefenen van je functie, trok ze meteen de aandacht.
Vogelaar was verbaasd over de ophef. Dat haar uitspraken zo veel emoties losmaakten, duidde er volgens haar op dat de boerka het symbool was geworden van angst voor de islam. Toen ze er even later voor pleitte dat Nederland de islam omarmt en helpt te wortelen in de Nederlandse samenleving, was de beer helemaal los. PVV-leider Geert Wilders noemde haar ‘knettergek’, een woord dat uiteindelijk terugkwam in het boek dat Vogelaar met haar partner Onno Bosma over haar ministerschap schreef: Twintig maanden knettergek.
Vogelaar had een moeizame relatie met populaire online media, die in die periode een sterke opmars maakten. Ze werd een geliefd doelwit van weblog GeenStijl. Het inhuren van een spindoctor om haar boodschap beter voor het voetlicht te brengen, leidde er juist toe dat ze telkens werd neergezet als zwakke bestuurder. Intussen ontstond ook steeds meer strijd tussen haar en toenmalig PvdA-leider Wouter Bos over de koers rond integratie. In november 2008 zegde de PvdA-top het vertrouwen in haar op, en vertrok ze als minister.
Ella Vogelaar – die werd geboren in een gereformeerd boerengezin, maar de kerk op jonge leeftijd vaarwel zegde – is nog altijd bekend van de zogenoemde Vogelaarwijken. Ze wees aan het begin van haar ministerschap veertig probleemwijken aan, die moesten worden opgeknapt. Ook kwam er geld voor bijvoorbeeld de aanleg van sportvelden. Hoewel de economische crisis roet in het eten gooide, en er naderhand vraagtekens werden geplaatst bij de effectiviteit, vormt de wijkenaanpak de kern van haar politieke erfenis. Na haar ministerschap vervulde Vogelaar diverse bestuursfuncties, zoals bij woningcorporatie Mitros. In een verklaring liet haar familie weten dat de maandag overleden Vogelaar al geruime tijd leed aan depressies en zelf een eind aan haar leven maakte.