Direct naar artikelinhoud
Column

In mijn jeugd was het woord ‘neger’ nog normaal

Daan Heerma van Voss.Beeld Bob Van Mol

Daan Heerma van Voss is een Nederlandse schrijver.

‘Volgens mij is geen enkel woord op zichzelf slecht. Het is gewoon een woord, en daarna geven mensen er een betekenis aan. En misschien bedoel je er niet hetzelfde mee als andere mensen. Als iemand op school je bijvoorbeeld een mietje noemt, betekent dat nog niet dat ’t slecht is om een mietje te zijn; ’t is net zoiets als zeggen dat je grijze ogen hebt. Dat betekent nog niet dat ’t slecht is om grijze ogen te hebben. Maar als je een donker iemand een nikker noemt denkt ie dat je zegt dat ie slecht is, en misschien bedoel je ’t niet eens zo, snap je?’

Aan het woord is Harry, een van de hoofdpersonen uit William M. Kelleys Uit de maat, geschreven in 1962. De Afrikaans-Amerikaanse klassieker verscheen onlangs in een nieuwe Nederlandse vertaling.

Moet je de taal van destijds veranderen om het naar huidige maatstaven acceptabel te maken, of moet je de grofheid van de geschiedenis eerbiedigen?

De moeilijkste kwestie voor de vertalers betrof ‘neger’ en ‘nikker’, woorden die in de dagelijkse taal van de jaren zestig nog gangbaar waren, of ten minste af en toe ontsnapten aan de tegenstanders van de emancipatie van de zwarte Amerikanen, die destijds aan kracht won. Maar tegenwoordig is het woord ‘nikker’ een absolute doodzonde, en is het gebruik van ‘neger’ op zijn best uiterst verdacht. Dan de kwestie: moet je de taal van destijds veranderen om het naar huidige maatstaven acceptabel te maken, of moet je de grofheid van de geschiedenis eerbiedigen?

Enkele maanden geleden besloten de hervertalers van James Baldwins The Fire Next Time om ‘neger’ te weren, en ze veranderden ‘blank’ in ‘wit’. De vertalers van Uit de maat kozen ervoor om trouw te blijven aan de oorspronkelijke tekst.

Het woord ‘neger’ komt van het Spaanse ‘negro’, dat ‘zwart’ betekent. Het kwam in 1602 voor het eerst voor in de Nederlandse taal, en werd in 1644 voor het eerst gebruikt voor een zwarte slaaf. In 1863 kreeg het officieel de betekenis ‘zwarte slaaf’. Na de afschaffing van de slavernij werd de term weer algemener, toepasbaar op om het even wie met een donkere huidskleur.

Het Amerikaanse woord ‘negro’ kent eenzelfde voorgeschiedenis, met de complicerende factor dat de term tijdens de burgerrechtenbeweging juist een geuzennaam werd: Martin Luther King noemde zichzelf in zijn beroemde ‘I Have a Dream’-toespraak een negro. Dat was in 1963, een jaar nadat Uit de maat verscheen. Is ‘neger’ dan nog gewoon een woord, zoals Harry beweert?

Het interesseert me steeds minder wie gelijk heeft en wie ongelijk. Wat me interesseert, is de veranderlijkheid van taal

In mijn jeugd was het woord ‘neger’ nog normaal. Cabaretiers gebruikten het, het kwam voorbij in films en muziek. De stemmen die het woord veroordeelden klonken zacht, en werden niet gehoord. Tegenwoordig, sinds Black Lives Matter en aanverwante campagnes, let men op zijn woorden. Weer anderen ervaren dit als hinderlijk, omdat zij hun ‘beledigende’ woorden niet als beledigend bedoelden.

Om terug te keren naar de geschiedenis van het woord ‘neger’: je kunt beargumenteren dat het woord in beginsel neutraal was, omdat het slechts een donkere huidskleur aanduidde, maar je kunt ook beargumenteren dat het niet losgezien kan worden van de (bij)betekenis van slaafsheid. Het interesseert me steeds minder wie gelijk heeft en wie ongelijk. Wat me interesseert, is de veranderlijkheid van taal.

Omdat de geschiedenis altijd voortduurt, is het moeilijk om haar te typeren, om te doorzien wat er nou precies is veranderd, als je het heden vergelijkt met het verleden. De beste manier om dat toch te proberen, is via taal. Lees Uit de maat, hoor de woorden ‘neger’ en ‘nikker’ gefluisterd en geschreeuwd worden, hoor de mensen roddelen, schelden en tieren. En doe dan je raam open. Zo klinkt verandering.