Verplicht pensioen? Deze mannen werken door!

Niks geraniums

De pensioendatum. Voor sommigen een moment waar ze reikhalzend naar uitkijken, anderen zien er juist als een berg tegenop. Tot die laatsten behoren politiek journalist Ferry Mingelen en rechter mr. Willem Korthals Altes. Zij willen helemaal niet stoppen met werken en geven daar beiden op hun eigen manier invulling aan.

Als we Willem Korthals Altes spreken, zit hij niet thuis achter de geraniums maar gewoon op kantoor. Monter: “Ja, ik mag nog een jaartje!” En als het aan hemzelf ligt nog wel wat langer. Rechters moeten volgens de wet op hun zeventigste stoppen met werken, maar Korthals Altes wil doorgaan. “Artsen of advocaten mogen zelf bepalen wanneer ze ophouden met werken maar ik móet stoppen. Ik mag straks helemaal niks meer. Ik wil zelf bepalen wanneer het genoeg is.” Vorig jaar dreigde hij daarom de Staat voor de rechter dagen wegens leeftijdsdiscriminatie. 

Om te beginnen: hoe staat het met die voorgenomen rechtszaak tegen de Staat?
“Er is nog geen sprake van een rechtszaak. Naar aanleiding van de brief die mijn advocaat gestuurd heeft aan het ministerie, is ongeveer een jaar geleden een commissie aan de slag gegaan om te bekijken wat er met de leefstijdsgrens van rechters moet gebeuren. Ze zouden daar nu ongeveer klaar mee moeten zijn. Wat daaruit komt weet ik dus nog niet, al gaan er geruchten dat men de mogelijkheid wil openen om als rechter-plaatsvervanger na je zeventigste door te kunnen gaan. Dat je bijvoorbeeld op oproepbasis beschikbaar bent. Dat is ook waar ik naar streef, want dat betekent dat het in ieder geval mogelijk wordt om na je zeventigste door te gaan. Er is nu dus geen reden om een rechtszaak te beginnen. Maar als het allemaal te lang duurt of het gaat niet naar mijn zin, dan weet ik natuurlijk welke wegen ik moet bewandelen.”

Waarom wilt u zelf eigenlijk niet stoppen? 
“Ik ben al rechter sinds 1995, nu dus ruim drieëntwintig jaar. En ik vind het nog steeds het mooiste beroep ter wereld. Vanwege het maatschappelijk belang en de betrokkenheid bij de samenleving. Daarnaast omdat je met heel veel verschillende soorten mensen en zaken te maken krijgt. Zo ben ik bijvoorbeeld nu als rechter-commissaris betrokken bij het faillissement van het Slotervaart ziekenhuis. Maar ik heb ook individuele schuldsaneringszaken van mensen die echt aan de onderkant van de maatschappij zitten. Die uitersten maken het leuk en uitdagend. Tot slot hou ik gewoon van juridisch gepuzzel op de vierkante centimeter.” 

En waarom is het belangrijk dat het voor rechters mogelijk is om langer door te werken?
“Feit is dat we in Nederland een groot tekort hebben aan ervaren rechters. Er is dus wel degelijk een behoefte. Oudere rechters kunnen met hun ervaring bijdragen aan de opleiding van jonge rechters, ze kunnen inspringen als er ergens een tekort ontstaat en met hun expertise voegen ze overal waarde toe. Mits je vitaal, gezond en bij de tijd bent zie ik geen reden om verplicht met pensioen te moeten in dit vak.”

Vitaal, gezond en bij de tijd blijven. Wat moet je daarvoor doen? 
“Als je je geestelijk en lichamelijk laat gaan, zoals ik dat altijd noem, dan word je snel oud. Maar als je fysiek en mentaal fit blijft dan kun je het verouderingsproces enorm vertragen. Ik voel me mentaal en fysiek niet minder dan toen ik vijfenveertig was, geloof het of niet. Werken helpt daarbij, om je geest vitaal te houden. Daarom bridge ik ook zo graag. Verder moet je je lichaam in goede conditie houden; ik ga een paar keer per week fitnessen, ik fiets veel en eet gezond. Ik zie ook het verschil tussen mezelf en mensen van mijn leeftijd die dat niet doen.” 

Wat kunnen oudere mensen bijdragen dat jonge mensen niet kunnen?
“Ouderen hebben een schat aan ervaring. Ik merk ook in mijn werk dat leeftijd en ervaring een voordeel zijn. Mensen kijken gewoon anders naar je dan wanneer er iemand voor je staat die dertig jaar jonger is. Je hebt een bepaalde autoriteit, dat merk ik ook in mijn vak. Er zijn bovendien steeds meer ouderen en steeds minder jongeren dus dan zou ik zeggen: geef ze de ruimte en maak er gebruik van!”  

Tot slot: u bent nog zo druk. Gaat u weleens op vakantie? 
“Tja vakantie ... ik ga veel naar Amerika. En volgende week mag ik naar Kirchizië om een lezing te houden. Dat vind ik leuk om tussendoor te doen.” 

Ferry Mingelen stopte eind 2013 gedwongen als politiek verslaggever bij de NOS. Hij werkte bijna dertig jaar op de Haagse redactie van de omroep. Op 1 januari 2014 ging Mingelen met pensioen. “Ik was daar heel teleurgesteld over. Als het nog prima gaat is het jammer dat je op moet houden alleen maar omdat je vijfenzestig wordt. Eens een politiek journalist, altijd een politiek journalist, dat houdt niet ineens op als je geen werkgever meer hebt.” 

Ferry Mingelen neemt direct de telefoon op en klinkt monter en opgewekt als altijd. “Ik zag er ontzettend tegenop, tegen het pensioen. Ik was altijd bang voor die donkere novemberochtend: elf uur, het regent buiten, je hebt de kranten uit … wat nu? Mijn vrouw riep altijd ‘je zult zien dat het heel erg mee gaat vallen.’ Zij bleek gelukkig gelijk te hebben.” 

Want u bent eigenlijk helemaal niet gestopt met werken toch?
“Nee joh. Een van de redenen dat ik zoveel misbaar maakte rondom mijn pensioen bij de NOS was ook om anderen te laten weten dat ze mij konden bellen, dat ik beschikbaar was. Ik ben vervolgens twee jaar politiek commentator geweest voor Pauw en Witteman, heb een column gehad in een grote dagbladcombinatie en ook nog politiek commentaar verzorgd bij Tijd voor Max. Binnenkort ga ik af en toe een column inspreken voor Buitenhof. Nee hoor ik heb het drukker dan ooit.” 

Wat is er nu anders dan voor de pensioendatum?
“Wat ik in elk geval niet mis is het elke dag moeten presteren. Als je dagelijks een politieke rubriek in Nieuwsuur moet maken, geeft dat wel veel druk. Wat ik al helemáál niet mis zijn de vergaderingen bij de NOS in Hilversum (lacht). De vrijheid die ik nu heb om mijn eigen tijd in te delen vind ik erg prettig. Af en toe heb ik wel heimwee naar de hectiek. Wanneer het spannend is in Den Haag en ik zie nu een van de collega's weer eens midden in de nacht voor een deur staan om te vertellen over de stand van zaken, die spanning mis ik soms nog wel een beetje. Maar dat hoort erbij.” 

Is het leven er beter op geworden?
“Het is niet per se beter of slechter nu. Het is anders. Mij is het al met al niet slecht bevallen, dat pensioen. Maar de ene 65-plusser is de andere niet. Als je je hele leven straten hebt gemaakt, kan ik me heel goed voorstellen dat je het op je zestigste wel hebt gezien. En iemand anders wil door tot ver na de pensioenleeftijd. Het heeft met veel factoren te maken. Het soort werk dat je doet, je karakter, je toekomstplannen natuurlijk.” 

Goed oud worden is een kunst. Hoe doe je dat?
“Ik sport veel en ik heb relatief jonge kinderen en een jonge vrouw, dus dat scheelt al behoorlijk. Het belangrijkste is blijven bewegen, letterlijk en figuurlijk. Daarom doe ik nog steeds veel in het vak. Maar ik schrijf bijvoorbeeld ook reisverhalen. Zo ben ik een paar weken geleden naar de Abruzzen geweest in Italië, op speurtocht naar wolven. Daar mag ik dan weer een artikel over schrijven voor een magazine. Kijk, als je gepensioneerd bent en je blijft de hele dag achter de geraniums zitten dan is het wel snel voorbij, dan kak je in.”  

Tot slot: kan de politiek een grotere rol spelen in het reguleren van de pensioenleeftijd?
“Het probleem met de politiek is dat de pensioenleeftijd steeds naar achteren opschuift en dat daar nou juist veel maatschappelijk verzet tegen is. Dus de politiek is meer met de andere kant bezig: hoe zorg je dat vooral de zwaardere beroepen eerder kunnen stoppen? Ik denk dat een groot deel van de verantwoordelijkheid ook bij werkgevers ligt. De één van vijfenzestig kan en wil nog tien jaar door, de ander heeft het wel gezien en gaat in zijn tuintje van de zon zitten genieten of van zijn huis in Frankrijk. Het zou mooi zijn als er voor iedereen een passende oplossing is. Maar dat kun je nooit alleen politiek oplossen.” 

Ferry Mingelen