Oud-directeur Unicef: Wakker liggen moet om dit werk te doen

Jan Bouke Wijbrandi (63) uit Woerden kreeg bij zijn afscheid als directeur van Unicef Nederland een koninklijke onderscheiding. Acht jaar lang probeerde hij de leefomstandigheden van kinderen wereldwijd te verbeteren. Nu neemt Wijbrandi eerst wat rust. ,,Mijn vrouw zegt: doe nu eerst maar eens even niks.”

Jan Bouke Wijbrandi kreeg de koninklijke onderscheiding vorige week voor zijn werk bij de hulporganisatie Unicef. De oud-directeur werd daarmee verrast tijdens zijn afscheidsreceptie op het hoofdkantoor van Unicef Nederland, waar hij deze maand zijn werk na bijna acht jaar neerlegde. Tijdens de receptie verscheen minister Lilianne Ploumen ineens op het toneel, die hem benoemde tot officier in de Orde van Oranje-Nassau.

Kwam het lintje als een verrassing?
,,Dat kun je wel zeggen. Ik had minister Ploumen niet verwacht. Toen ze ook nog eens het woord nam en zei dat mijn werkzaamheden niet onopgemerkt waren gebleven, kreeg ik de gaten wat er gebeurde. Ik vind het fantastisch en eervol, daar ga ik niet besmuikt over doen. Het was een warm afscheid en bovendien heel fijn om die waardering voor mijn werk te krijgen. Daar moet ik bij zeggen dat ik zonder Unicef nooit zo’n mooie onderscheiding had gekregen, die erkenning vind ik ook belangrijk.”

Tijdens de uitreiking van de onderscheiding werd u geroemd om de vele nieuwe vormen van samenwerking die u tot stand heeft gebracht, zoals met Philips, Schiphol en de gemeente Den Haag. Is die coöperatie tussen maatschappelijke organisaties en grote partijen noodzakelijk geworden?
,,Absoluut. Ontwikkelingsorganisaties werken nu samen met de halve wereld, alles draait om verbinding. Het mooie is, Unicef kan iedereen verbinden, want iedereen wil verbindingen leggen voor kinderen. Bij samenwerking met grote bedrijven is het belangrijk om in het achterhoofd te houden dat die andere belangen hebben. Daar moet je niet te rozig over doen, maar gewoon om de tafel zitten en uitspreken: ‘Wat is jouw belang, wat is mijn belang en waar heeft samenwerking meerwaarde?’. In Kenia werken Unicef en Philips samen aan de beschikbaarheid van lokaal toepasbare medische instrumenten, bijvoorbeeld om longontsteking te detecteren. Philips is gebaat bij die nieuwe producten en we redden kinderlevens omdat er nu minder baby’s aan longontsteking sterven. Samenwerking is de nieuwe norm; alleen kunnen we de wereld niet redden. Ik zag het ook terug tijdens mijn afscheid. Alle directeuren van partijen waar ik mee samenwerk, die waren er.”

U heeft onderzoek gedaan in Soedan en de hele wereld over gereisd naar ramp- en conflictgebieden: Libanon, Somalië, Haïti, Sri Lanka. Hoe is het om daarna weer thuis te komen?
,,Je gaat er anders van denken en kijken, het weekt je los uit je bestaan. Heel veel dingen lijken te luxe en onbelangrijk. Je leeft echt in twee werelden. Ik kan niet in Woerden chagrijnig zijn omdat er spanningen ver weg zijn.”

Is het lastig om die twee werelden te verbinden?
Ja, discrepantie is altijd mijn punt geweest. Neem de ramp in Haïti op 12 januari 2010. In maart ging ik daar naartoe. Als je daar bent, dan zie je hoe erg de situatie is. Mensen met trauma’s, gewonden. Er is geen beginnen aan. Ik zag tenten van Unicef en toiletten van Oxfam Novib, maar ik was vooral zwaar onder de indruk. Eenmaal terug krijg je te maken met de andere kant: de actie die op gang is gezet, verantwoordelijkheid afleggen, loopt de hulpverlening goed? Het is moeilijk om die werelden met elkaar in verband te brengen. Als ik daar rondloop, dan denk ik: ‘Wat maakt het uit onder welk vlaggetje de hulp op gang komt en welke euro naar welk dorp gaat, áls het maar op gang komt’.”

Ligt u ’s nachts wel eens wakker?
,,Je kunt dit werk niet doen als je ’s nachts niet wakker ligt. Als dat gebeurt, dan heeft dat meestal met acties te maken. Aan de ene kant de ellende erachter, de dingen die ik gezien heb tijdens een reis naar een rampgebied. Een kind dat in de drek ligt in Libanon, mensen die gewond zijn en trauma’s hebben. Hoe rijm ik dat met de andere kant, de actie in Nederland om donaties binnen te halen? Je kunt niet met een goedkoop pr-praatje aankomen; de diepere laag moet voelbaar zijn om een boodschap over te brengen. Zonder dat kun je geen mensen betrekken, je moet er door en door in zitten. Dat heb ik altijd vol overgave gedaan omdat het nodig is, omdat ik die verantwoordelijkheid had en omdat ik het werk altijd gewoon heel erg leuk heb gevonden.

U bent al zo’n veertig jaar actief in de sector. Wilde u altijd al de ontwikkelingshulpkant op?
,,Op mijn 17de begon ik aan een studie bedrijfseconomie, maar ik ontdekte al snel dat het verschil tussen mijn studie en mijn belangstelling te groot was. Ik kon deze gelukkig nog verwisselen voor een studie internationale economie. Ik was op lokaal niveau toen al internationaal actief, ik werkte bijvoorbeeld bij een wereldwinkel. Ik ging er ook nog antropologie bijdoen, uit nieuwsgierigheid naar andere samenlevingen en culturen.

Waarom bent u gestopt bij Unicef?
Er is een tijd van komen en een tijd van vertrekken. Ik heb een ongelofelijk mooie tijd gehad bij Unicef, maar als je ergens te lang zit, ontdek je op een gegeven moment dat je in dezelfde patronen vervalt. Als je dat merkt, dan is het gezond om niet te lang te wachten, maar om je bakens te verzetten. Dat is beter dan over 1,5 jaar te denken: ‘Ik heb hier te lang gezeten’.

Is het moeilijk om het Unicef-werk los te laten?
,,Dat vroeg ik me voor mijn vertrek ook af, maar ik concludeer na twee weken: ‘Het valt mee’. Ik ben niet meer verantwoordelijk en ik heb er vertrouwen in dat het goed gaat. Ik geloof in Unicef. Daarnaast ben ik ook nuchter: niemand is onmisbaar. Ik ben de afgelopen weken natuurlijk heus nog wel eens gebeld, maar ik ga me er niet vanaf de zijlijn mee bemoeien.

U zegt: de wereld is mijn werkterrein. Bent u ook actief in de regio Woerden?
,,Ik ben acht jaar lang commissaris geweest bij Woningcorporatie GroenWest, tot afgelopen januari. Als commissaris houd je toezicht op hoe de bestuurders hun taken uitvoeren. Leerzaam, want bij Unicef was er juist een raad van toezicht om mijn werk te controleren. Voor de tweede termijn van vier jaar werd ik bij GroenWest voorgedragen door de huurders, dat vond ik best eervol. Ik vond het interessant om met dingen bezig te zijn die in mijn eigen omgeving spelen. Ook heb ik een netwerk opgebouwd in Woerden, waar ik al sinds ’83 woon. Ik zie mezelf als wereldburger én als Woerdenaar.”

Wat zijn uw toekomstplannen?
,,Er komen vanzelf nieuwe dingen voor in de plaats. Mijn vrouw zegt: doe nu eerst maar eens even niks. Maar ik ben een aanpakker. Met mijn netwerk en ervaring blijf ik op adviesbasis beschikbaar binnen de sector, maar ik ga geen zes dagen in de week meer werken. Ik zit nu voor het eerst op een doordeweekse ochtend in korte broek in de tuin, heerlijk! Sommige dingen zijn de laatste jaren tussen wal en schip gevallen, dat wil ik nu meer in balans brengen. Af en toe een potje koken voor als mijn partner ’s avonds thuiskomt, bijvoorbeeld. Misschien ga ik het cellospelen wel weer oppakken en ik ga een cursus filosofie volgen aan de Vrije Universiteit Utrecht. Mijn vrouw en ik hebben een piepklein houten huisje in Friesland, daar gaan we vaker heen. Misschien komt er ook nog wel een bestuurlijke functie op mijn pad.”

jan-bouke-wijbrandi-pag1jpeg

Gepubliceerd in AD/GH op 17 september 2016

Over Merkproducten

Freelance journalist
Dit bericht werd geplaatst in Nieuws en getagged met , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Plaats een reactie