Na twee jaar Rouveen lijkt Oekraïne steeds verder weg voor Olga en Volodymyr. 'Onze dochters zijn gelukkig hier. En wij dus ook'

Olga, Volodymyr en hun drie dochters verblijven sinds het uitbreken van de oorlog bij de familie Visscher. De woning boven de schuur van Jantje en Jacob uit Rouveen voelt inmiddels als thuis voor het gezin.

Olga, Volodymyr en hun drie dochters verblijven sinds het uitbreken van de oorlog bij de familie Visscher. De woning boven de schuur van Jantje en Jacob uit Rouveen voelt inmiddels als thuis voor het gezin. Foto: Wout Nooitgedagt

„Het gaat goed met ons”, zeggen Volodymyr en Olga Trokhlibov zittend op de bank in hun bovenwoning in Rouveen. Het is alweer twee jaar geleden dat ze in een badkamer moesten schuilen voor de Russische bommen en Oekraïne ontvluchtten. „We prijzen ons zeer gelukkig dat we hier mogen verblijven. Het voelt als een wonder dat we hier zijn.”

Olga, Volodymyr en hun drie dochters verblijven sinds het uitbreken van de oorlog bij de familie Visscher. De woning boven de schuur van Jantje en Jacob uit Rouveen voelt inmiddels als thuis voor het gezin. Voldymyr werkt al anderhalf jaar bij Rouveen Kaasspecialiteiten en de kinderen gaan naar school in het dorp en in Zwolle.

Dochter Nadia (6) spreekt zelfs al vloeiend Nederlands. „Papa en mama zitten boven”, zegt ze terwijl ze op het erf staat van de boerderij aan de Conradsweg in Rouveen. Ze moest van haar ouders thuisblijven om te helpen met vertalen, maar ze vraagt al gauw of ze toch niet de deur uit mag.

Drie kinderen

„Ze wil spelen met de buurtkinderen. Ze leert ze hoe ze moeten tellen in het Oekraïens”, vertelt Olga lachend, in het Engels. „Onze dochters zijn gelukkig hier. En dus zijn wij dat ook”, vult haar man Volodymyr aan. „Ik mocht twee jaar geleden legaal de grens over, omdat we drie kinderen hebben en ze alledrie niet ouder waren dan 18 jaar. We hebben heel veel geluk gehad.”

Oudste dochter Viktoriia (19) woont inmiddels met een vriendin in Zwolle. Middelste dochter Anna (16) moet nog even wachten voor ze uit huis mag en jongste telg Nadia voelt zich zo op haar gemak in Rouveen dat ze Jantje en Jacob opa en oma noemt. „Volgens mij vinden ze dat erg leuk”, vertelt Olga. „Nadia zegt weleens: ik ben een Trokhlibov, maar ook een beetje Visscher.”

De spiegels van de muur

Het verhaal hoe ze in Nederland terechtkwamen, is even schrijnend als indrukwekkend. Het is vijf uur in de ochtend als Volodymyr wakker wordt gebeld. Als hij de telefoon opneemt, krijgt hij zijn broer aan de lijn met een dringende boodschap: wakker worden, spullen pakken en meteen hierheen komen. „De oorlog was begonnen. Tot aan dat moment konden we niet geloven dat het echt zou gebeuren”, blikt Volodymyr terug.

De familie Trokhlibov woonde in een huurhuis in de stad Zjytomyr op 100 kilometer van Kiev. De broer van Volodymyr woont nog altijd in een klein dorp buiten de stad. In Zjytomyr zijn een aantal militaire basissen die meteen zijn aangevallen door Rusland. „Buiten op straat was het chaos, de mensen wisten niet wat te doen. Er was paniek, we hoorden helikopters en zagen soldaten. We moesten daar zo snel mogelijk weg. Het was gevaarlijk, maar het lukte ons om naar mijn broer te vluchten.”

Eén rugzak

Het gezin verblijft vervolgens vijf dagen bij de broer en familie van Volodymyr. Iedere keer als ze het luchtalarm horen, schuilen ze met zijn allen in een kleine badkamer. „De bommen vielen overal om ons heen. Soms heel dichtbij. Ik weet nog dat ik samen met mijn broer de spiegels van de muur haalde. Een gekke gedachte als ik erop terugkijk, want als er een bom op ons was gevallen had dat weinig geholpen”, zegt Volodymr, voordat hij even stil valt. „We zaten daar op de grond, mijn familie en die van mijn broer. Met zijn tienen. Onze kinderen om ons heen. Ik zal dat nooit meer vergeten.”

Na vijf dagen krijgt Olga het verlossende bericht dat ze de volgende ochtend het land kunnen verlaten. Ze mogen welgeteld één rugzak meenemen. Het is een moeilijke herinnering. De broer van Volodymyr kan niet mee. Zijn vrouw en kinderen gaan naar Duitsland, maar zelf mag hij het land niet uit. „Zijn kinderen waren al te oud. We moesten iedereen vaarwel zeggen, mijn vader en zus. Allemaal kwamen ze afscheid nemen”, zucht Olga. „We nu zijn twee jaar verder, maar ik voel die pijn nog altijd. Dat zal nooit weggaan. Gelukkig hebben we nog wel veel contact met iedereen thuis.”

Werkgoep Ter Hulpe

Via internationale hulporganisaties en de Werkgroep Ter Hulpe uit Staphorst kwam de familie Trokhlibov via een opvang in Roemenië terecht in Rouveen. Hun onderkomen is niet groot, maar het is meer dan genoeg. Het stel uit Oekraïne is enorm dankbaar bij de familie Visscher te mogen wonen, benadrukken ze meer dan ééns, daarbij vaak verwijzend naar de Bijbel.

Het geloof speelt een grote rol in het leven van de Trokhlibovs. Een religieuze overtuiging die ze delen met veel inwoners van Rouveen en ook met Jacob en Jantje Visscher. „Het zorgt ervoor dat we ons hier erg welkom voelen”, zegt Olga. „We zijn de vrijwilligers zo dankbaar voor de kleding en het eten. In de Leerkamer kunnen we de Nederlandse taal leren en er worden zelfs diensten in het Oekraïens gegeven. Het voelt als een wonder van God dat we in Rouveen bij Jacob en Jantje terecht zijn gekomen. Het is meer dan een bed en het huis. Het is het vertrouwen dat ze ons geven, hun deur staat altijd voor ons open. Dat gevoel is onbeschrijfelijk.”

Aantal weken

Vanuit de Hersteld Hervormde Gemeente in Staphorst is er twee jaar geleden een werkgroep opgericht om hulp te bieden aan vluchtelingen. In de kerk hoorden Jacob en Jantje Visscher voor het eerst over de werkgroep Ter Hulpe. „We dachten, we hebben een lege woning boven onze schuur. Misschien kunnen we een aantal weken opvang bieden”, zegt Jantje.

Na verschillende Oekraïners op doortocht voor een aantal dagen huisvesting te hebben geboden, werd de familie Trokhlibov voorgesteld door de werkgroep. „Het idee was om ze een aantal weken op te vangen, maar dat werden er al gauw meer. Inmiddels zijn we dus al twee jaar verder. Ik denk dat ze zich erg thuis voelen in de woning. Ze zijn bescheiden en dankbaar en wij helpen graag, dus we vinden het geen probleem.”

Al geeft Jantje aan dat er op den duur wel een keer een andere oplossing gevonden moet worden. „Ja, natuurlijk. Zelf willen ze ook graag een keer hun eigen plek hebben. Wat erg helpt is dat we dezelfde overtuiging delen. We vinden elkaar in het geloof.”

Nieuw leven

De afgelopen twee jaar kreeg de familie uit Oekraïne de kans om een nieuw leven op te bouwen, ook al wilden ze dat eigenlijk helemaal niet. „Anna ging naar de Pieter Zandt en volgt nu colleges in Zwolle. Nadia voelt zich volledig op haar plek. Ze wil hier blijven en voelt zich Nederlandse. En Viktoriia vermaakt zich prima in Zwolle”, vertelt Volodymyr. Zelf kwam hij via uitzendbureau Stipwerk bij de kaasfabriek in Rouveen terecht. „Dat bevalt me erg goed. Het geeft regelmaat en rust. De kaas die daar gemaakt wordt is als een Rolex of Rolls Royce, het beste van het beste”, zegt hij trots.

Wennen aan Nederland gaat prima. Al zijn er wel wat dingen die anders zijn. Noem het de onvermijdelijke cultuurverschillen: „Op maandag is iedereen wat somber op de werkvloer en op vrijdag heeft iedereen een grote lach op het gezicht. Dan wordt er ook gevraagd naar je plannen voor het weekend. Dat vond ik vreemd. Dus ik heb aan een collega gevraagd waarom iedereen wilde weten wat ik ga doen. Dat schijnt dus heel normaal te zijn.” Lachend: „Dus nu vraag ik het ook aan iedereen.” Olga viel met name iets anders op: „Iedereen pakt maar één koekje bij de koffie. In Oekraïne gaat dat pak hoe dan ook leeg.”

Het leven is kort

Toch zie je de pijn in de ogen van Olga en Volodymyr wanneer er gevraagd wordt naar de toekomst. De gedachten gaan naar de onzekerheid die als vanzelfsprekend aan de horizon verschijnt. Over de oorlog in Oekraïne wil het stel graag nog iets kwijt. „Toen we hier kwamen, zagen we direct een afbeelding aan de muur hangen. Van de brede en de smalle weg. Kijk, dit is hem”, zegt Volodmyr met de print in zijn handen. „De brede weg is de weg die leidt naar het verderf, de smalle weg leidt naar de hemel. Je kunt vrij kiezen. Dat daar is de hel, dat is het einde van de brede weg. En vlak daarvoor is er oorlog. Het is het slechtste wat mensen elkaar kunnen aandoen.”

„Wij missen onze familie, ons land en ons thuis. Als ik moet bedenken waar we over een jaar zijn, dan voel ik me ziek. We weten niet wat er morgen gebeurt, of wanneer de oorlog over is. We kunnen er niets aan veranderen. Het leven is kort en we hebben alleen vandaag. We kunnen alleen vandaag ons best doen.”