HAN moet digitaal professionaliseren

Lector Gorissen: “Leren van coronacrisis”

SAM
sambyhan

--

Foto: Chris Montgomery op Unsplash

De coronacrisis heeft aangetoond dat het hoger onderwijs op het gebied van digitalisering nog niet professioneel genoeg is. Dat schreef Theo Bastiaens, rector magnificus van de Open Universiteit, recent in een vlammend opiniestuk op Science Guide. Hoe staat het hiermee op de HAN? We vroegen Pierre Gorissen, associate lector Leren met ict, om een reactie: “Dit is de tijd om te professionaliseren. Bij een volgende crisis hebben we geen enkel excuus meer.”

Tekst: Daan Appels

De Open Universiteit is gespecialiseerd in het geven van online onderwijs. In zijn stuk concludeerde Bastiaens dat de maatschappij blijvend verandert in een ‘blended samenleving‘ (fysiek en digitaal in harmonie). Tegelijkertijd hebben docenten grote moeite met het digitaliseren van hun onderwijs door een gebrek aan kennis en is er volgens Bastiaens te veel wantrouwen richting grote technologiebedrijven. “Dat is zorgelijk en dat had de onderwijssector kunnen voorkomen door eerder serieus naar de mogelijkheden van digitalisering te kijken. De docent zal meer de rol van onderwijsmaker moeten omarmen, in plaats van onderwijsgever te zijn”, zo valt te lezen in Bastiaens’ opiniebijdrage.

“We hadden nog nooit zoiets als de coronacrisis meegemaakt, dus ik vind niet dat ons te verwijten valt dat we er als onderwijs digitaal niet klaar voor waren”

Coronacrisis niet eenmalig
Gorissen noemt het ‘een goed en genuanceerd opiniestuk’. Ook hij roemt de wendbaarheid op korte termijn van zowel onderwijsinstellingen als docenten tijdens de coronacrisis, maar vindt ook dat het nu echt tijd wordt voor meer digitale professionalisering. “We hadden nog nooit zoiets als de coronacrisis meegemaakt, dus ik vind in eerste instantie niet dat ons te verwijten valt dat we er als onderwijs digitaal niet klaar voor waren. Tegelijkertijd is er een grote kans dat dit niet iets eenmaligs is. Bij een volgende crisis hebben we geen enkel excuus meer. Dan moeten we op zo’n omschakeling voorbereid zijn.”

Basisvaardigheden
De associate lector moet, simpel gesteld, ict en onderwijs met elkaar verbinden op de HAN en bij netwerkpartners, zoals scholen in het primair en voortgezet onderwijs en het mbo. Hij wil dat over vier jaar docenten op zijn minst basisvaardigheden hebben om ict te kunnen implementeren in de les. Het gaat dan bijvoorbeeld om het gebruik van online samenwerkingsplatforms als Microsoft Teams en het produceren van kennisclips en ander onderwijskundig materiaal. Dat vereist een mentaliteitsverandering en creativiteit bij docenten, aldus Gorissen: “Uit onderzoek blijkt dat docenten wel de ontwikkelingen in hun vakgebied bijhouden, maar tegelijkertijd niet in de gaten houden wat ict daarbinnen kan betekenen. Zo’n mentaliteitsverandering komt niet vanzelf tot stand. Wij willen de docenten daarbij helpen door ze te laten ervaren dat ze meer kunnen dan ze denken op het gebied van ict. Als ze dat eenmaal hebben ervaren, zien we dat ze ook met het gebruik ervan gaan experimenteren. Docenten zijn absoluut een creatieve beroepsgroep.”

Pierre Gorissen, associate lector Leren met ict (foto: Marcel Krijgsman)

In het diepe
In zijn missie naar een professionelere digitalisering was de coronacrisis een geluk bij een ongeluk. Noodgedwongen moesten docenten binnen een paar dagen het eigen onderwijs digitaliseren. “Ze werden in zekere zin in het diepe gegooid. Toch bleek het meestal best goed te gaan, in ieder geval beter dan ze zelf vooraf dachten. Zo heeft de coronacrisis het vertrouwen in eigen kunnen vergroot en dat is belangrijk.”

Gevaren van techbedrijven
In verschillende media wordt er volgens Bastiaens te zeer gehamerd op de gevaren van grote technologiebedrijven voor het onderwijs, terwijl er ook kansen liggen. Gorissen kan zich vinden in de stelling dat techreuzen het onderwijs vooruit kunnen helpen en dat het wantrouwen best wat minder mag. “Het gaat niet alleen om de vijf grote bedrijven (Apple, Amazon, Facebook, Google en Microsoft, DA.). In het voortgezet onderwijs speelt nu dat de leverancier van een leerlingvolgsysteem de licentieprijzen flink wil verhogen, terwijl veel scholen daar gebruik van maken en niet zomaar kunnen overstappen naar een ander systeem. Dan heb je een probleem, ook met een bedrijf dat niet als techreus wordt gezien. Alles draait om het maken van goede afspraken en je onderhandelingspositie versterken, door als hogescholen gezamenlijk op te trekken in die onderhandelingen. Het helpt niet om te zeggen: deze grote bedrijven zijn slecht, daar moet je niet mee in zee willen.”

“Voor het nieuwe schooljaar hebben we meer tijd om ons voor te bereiden. Dan zijn we het aan onszelf en de studenten verplicht om weer een professionele leeromgeving te bieden”

Noodonderwijs
Doordat de HAN al vóór de coronacrisis een intern traject startte naar meer digitalisering in het onderwijs, staat de hogeschool er qua digitalisering relatief goed voor, vindt Gorissen. Bovendien merkt hij dat ict hoger op de prioriteitenlijst komt door de coronacrisis. “In de eerste weken was het puur noodonderwijs. Voor het nieuwe schooljaar hebben we meer tijd om ons voor te bereiden. Dan zijn we het aan onszelf en de studenten verplicht om weer een professionele leeromgeving te bieden.”

Flexibiliteit in het onderwijs
Het verloop van de coronacrisis is onvoorspelbaar. Ook daarom moet de HAN in staat zijn om flexibel te schakelen naar meer of minder onderwijs op locatie als dat nodig zou blijken. Gorissen: “Wat mij betreft werken we aan een toekomst met flexibiliteit in het onderwijs. Naar onderwijs met de juiste mix van een online aanbod en zaken die we juist niet online willen doen, zoals Bastiaens ook aangeeft. Niet alleen omdat het door een crisis niet anders kan, maar omdat we daarmee beter onderwijs voor onze studenten kunnen bieden.”

--

--

SAM
sambyhan

Journalistiek medium van de Hogeschool Arnhem & Nijmegen