Het mag dan een bijna onzichtbaar beestje zijn, het springstaartje heeft vele bijzonderheden, zoals een bol buikje en ogen als rijpe blauwe druiventrosjes

Ze kunnen zestien maal hun eigen lichaamslengte ver springen en wel een jaar zonder voedsel zonder dood te gaan. Zomaar twee bijzonderheden over het springstaartje, dat met het blote oog nauwelijks te zien is.

Neem een handvol grond, liefst een beetje vochtig, en je hebt een grote kans dat er een paar honderd springstaartjes in zitten. Een springstaartje leeft van schimmels, rottende bladeren en bacteriën. De opruimer is zelf ook een lekkere hap. Vooral voor vliegen, roofmijten en (wolf)spinnen.

Om aan hun rovers te ontkomen hebben springstaartjes een springvork onderaan hun buik. Hiermee kan het beestje wel acht centimeter ver springen. En dan te bedenken dat hij zelf maar vijf millimeter groot is. Aan die springvork dankt het springstaartje ook zijn naam.

Afzetmiddel

Hij springt dus niet met zijn zes poten, zoals een vlo doet, maar met een speciaal afzetmiddel. Daarnaast bezit het springstaartje ook nog een lichaamsdeel om zichzelf vast te kunnen houden, zodat hij niet speelbal van de wind wordt. Het buisje waarmee hij zich kan verankeren wordt ‘collofoor’ genoemd.

Weetjes over het springstaartje

2013

In 2013 kwamen Nederlandse onderzoekers tot de ontdekking dat springstaarten genen hebben om antibiotica (stoffen die bacteriën bestrijden) te maken.

0,5

Een springstaart wordt gemiddeld een half jaar oud. In een laboratorium kunnen ze wel twee jaar oud worden.

2 mm

De meeste soorten worden 0,8-2 mm lang. Al zijn er ook soorten die wel 10 mm groot kunnen worden.

7800

Er zijn al zo’n 7800 soorten springstaartjes beschreven. Het vermoeden bestaat dat er wereldwijd wel 50.000 soorten zijn.

90

Een vrouwtjes legt één eitje per keer, maar kan in haar hele leven tussen de 90 en 150 eitjes leggen.

Vervellen

Springstaarten vervellen voortdurend, wel veertig keer in hun leven en raken nooit echt volwassen. Na tien keer verveld te zijn worden ze geslachtsrijp.

Vaak wordt het springstaartje als insect weggezet, maar dat is onterecht. Hij heeft geen vleugels. Het belangrijkste verschil is echter dat de monddelen van springstaarten verzonken zijn in hun kop, waar die zich bij insecten buíten de kop bevinden. Met het blote oog zijn dit soort details overigens niet te zien.

Daarvoor heb je een loep nodig. Dan blijkt ook al gauw dat het ene springstaartje het andere niet is. Er zijn duizenden verschillende soorten. Grofweg zijn ze te verdelen in bolvormige en langwerpige soorten. Vaak zijn ze opvallend mooi gekleurd.

Koddig dier

Natuurfotograaf Chris Ruijter heeft op de website natuurfotografie.nl enkele fraaie afbeeldingen staan van springstaartjes. Hij schrijft er ook beeldend over: ,,Het is een koddig dier. Met een bol buikje, mooie kleurtjes en ogen als rijpe blauwe druiventrosjes. De tekening van elk dier en elke soort is verschillend, als bij een zebra of giraffe. Een vlekkenpatroon in vijftig tinten paars. Sommigen zijn bijna doorschijnend en anderen hebben een purperachtige metaalglans waar zelfs een aubergine jaloers op zou zijn.”

Kamerplanten

Niet iedereen is zo positief over springstaartjes. Ze komen ook wel op kamerplanten voor en de liefhebbers daarvan geven elkaar tips op internet hoe ze dit ‘onooglijke beestje’ kunnen opruimen.

Door over te stappen op hydrocultuur, waarbij planten op hydrokorrels worden gezet, verdwijnen springstaarten vanzelf. Ook water geven in een schoteltje waarop de plant staat (in plaats van op de modder), zou veel helpen. Daarnaast is er biologisch bodemroofmijt, maar dat schijnt nogal prijzig te zijn. Bovendien is het springstaartje niet echt schadelijk.

Integendeel. Springstaarten zijn een belangrijke indicator om bodemvervuiling te beoordelen. De diertjes krijgen namelijk stress als de bodem vervuild raakt. Deze stressreactie is terug te zien in de genen en het aantal jongen dat geboren wordt.

Geen seks

In Nederland komen zo’n 250 soorten springstaarten voor. Tijdens een inventarisatie in het Drents-Friese Wold werden enkele jaren geleden bijna twintig soorten ontdekt die niet eerder in de provincie Fryslân waren aangetroffen.

Het bijzondere is dat springstaartjes op de meest verschillende plaatsen voorkomen. Op de hoogste gletsjers tot in de diepste grotten en in woestijnen, langs zeekusten en rivierbeddingen en in het tropisch regenwoud: springstaartjes zijn overal te vinden. In Nederland komen ze vooral voor in bladstrooisel en in de bodem, maar ze leven ook hoog in een boom en op of onder schors. En dat allemaal in de meest kleurrijke vormen.

De voortplanting van de springstaartjes is een bijzonder proces. Mannetjes en vrouwtjes hebben geen seks met elkaar. In plaats daarvan laten mannetjes spermapakketjes achter en afhankelijk van de soort weten de vrouwtjes die te vinden of worden ze ernaartoe gelokt. Sommige soorten hebben een ingewikkeld paringsritueel, maar dat is met het blote oog niet te zien.