Behoefte aan woonwagens is in iedere plaats weer anders

Woonwagenkamp aan De Baalder.

Woonwagenkamp aan De Baalder. Foto: Rens Hooyenga

Naast Smallingerland zouden ook andere Friese gemeenten hun best kunnen doen om nieuwe woonwagenstandplaatsen te realiseren. Die oproep deed burgemeester Tom van Mourik onlangs in deze krant. Maar eigenlijk nergens anders dan in Drachten lijkt er behoefte te zijn.

Het was een historische dag, vonden sommigen. Minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken maakte in juli bekend dat gemeenten voortaan weer expliciet moeten zorgen dat er voldoende standplaatsen zijn voor woonwagenbewoners. De afgelopen decennia was daar in veel gemeenten te weinig aandacht voor, waardoor veel woonwagenbewoners noodgedwongen in gewone huizen wonen.

Ook in Smallingerland was dat decennialang de situatie, eigenlijk sinds de sluiting van het grote woonwagenkamp in Drachtstercompagnie in 1996. Er kwamen wel vijf kleine woonwagenlocaties in Drachten voor in de plaats. Omdat het totaal aantal plaatsen terugliep, van 42 naar 37, en er destijds al een wachtlijst was, is de woonwagennood onverminderd groot gebleven. Veel woonwagenbewoners wonen noodgedwongen in een huis.

Sinds enkele jaren is de gemeente actief op zoek naar nieuwe locaties. Dat proces verloopt stroef. Veel omwonenden zien de woonwagens liever niet komen. Beoogde locaties in de wijk Vrijburgh en aan de Fennereed zijn inmiddels van tafel, en de gemeente kijkt nu weer naar de heropening van het kamp in Drachtstercompagnie.

Burgemeester Tom van Mourik verwees onlangs in deze krant ook naar de verantwoordelijkheid van andere gemeenten. ,,Elke gemeente moat dat foar himsels beslúte, mar it liket no wol krekt as is Smellingerlân de ienige gemeente dy’t wat dwaan moat.”

Maar is dat wel zo nodig? Uit een rondgang langs de negentien andere Friese gemeenten blijkt dat eigenlijk geen enkele gemeente de indruk heeft dat er behoefte is aan uitbreiding. Vaak zijn er wel wachtlijsten, maar zijn die relatief kort. De meeste gemeenten zeggen open te staan voor verzoeken voor nieuwe huisvesting, maar die hebben ze tot nu toe niet gekregen.

Lokale verschillen

Directeur Frank van den Broek van de provinciale huurdersvereniging De Bewonersraad herkent dat beeld. Volgens hem spelen de problemen specifiek in Drachten. ,,Elders is de nood niet heel hoog. We hebben in onze communicatie ruimschoots aandacht gegeven aan de situatie in Smallingerland, en hebben geen reacties gekregen uit andere plaatsen. Ik heb geen andere aanleiding om te denken dat dit ook elders speelt.”

Volgens Van den Broek is het ook niet vreemd dat de situatie lokaal sterk verschilt. Neem die in Drachten: daar gaat het bijna alleen om mensen met een sterke onderlinge band. ,,Om expliciet te zijn: eigenlijk gaat het hier om de kinderen van de huidige bewoners. Zij willen wonen in de directe omgeving van hun vaders, moeders, ooms en tantes. In deze cultuur is dat de gewoonte.”

Elke gemeente moat dat foar himsels beslúte, mar it liket no wol krekt as is Smellingerlân de ienige gemeente dy’t wat dwaan moat

Corporatie WoonFriesland – die 15 van de 21 Friese woonwagenlocaties beheert – sluit zich daarbij aan. ,,Per locatie houden we een wachtlijst bij”, aldus woordvoerder Annemarieke Voortman. ,,Als er een plaats vrijkomt, is het maatwerk om te bepalen wie daarvoor in aanmerking komt. Dat is erg lokaal gebonden.”

Het elders openen van locaties biedt volgens Voortman geen oplossing voor de situatie in Drachten. ,,Heel vaak hebben mensen een familierelatie of verbondenheid met een bepaalde locatie. Het gebeurt in de praktijk niet zo snel dat wordt uitgewisseld tussen locaties.”

Wat Drachtstercompagnie betreft is ook al wel duidelijk dat slechts een deel van de mensen van de wachtlijst in Smallingerland ernaartoe wil. Velen willen ook in Drachten blijven. Een van hen is Annie Mirosch, die al jaren noodgedwongen in een gewoon huis woont. Zij zei eerder in deze krant dat verhuizing naar een andere plaats voor haar geen optie is.

Niet urgent

Van de andere plaatsen is in Sneek nog wel een vrij lange wachtlijst, met 25 personen op 31 standplaatsen. Woordvoerder Ellen Dikland van woningcorporatie Accolade, die hier actief is, zegt dat de meeste personen toch niet actief op zoek zijn. ,,Het zijn over het algemeen niet urgente gevallen. Er zijn mensen bij die denken: zet mij maar alvast op de lijst, dan krijg ik weleens een plekje.” Dikland zegt ook niet veel vragen te krijgen van bewoners die sneller een woning willen krijgen. ,,Voor zover ik weet niet één. Voor ons is het geen issue.”

Van den Broek van De Bewonersraad vindt dat Smallingerland naar zichzelf moet kijken, en zijn best moet doen om juist in Drachten extra standplaatsen te creëren. ,,Smallingerland is er al sinds 2015 mee bezig. Het is nu 2018 en de gemeente is nog geen millimeter opgeschoten. Het lijkt alsof de hete aardappel steeds wordt doorgeschoven.”

En áls Smallingerland vindt dat andere gemeenten moeten helpen, zegt Van den Broek, dan moet het zelf ook naar die gemeenten toe stappen. ,,Neem dan ook de verantwoordelijkheid om zélf naar de buurgemeenten te gaan. Dan is er een aanleiding om erover in gesprek te gaan, ook met de woonwagenbewoners.”

De gemeenteraad van Smallingerland spreekt dinsdag over het woonwagenbeleid.

Lees ook: Waarom lang niet alle woonwagenbewoners terug willen naar Drachtstercompagnie

Woonwagen

WoonFriesland en Accolade beheren de meeste locaties

Fryslân telt 198 woonwagenstandplaatsen, verspreid over 21 locaties (zie kader). Het grootste deel van die standplaatsen wordt verhuurd door de woningcorporaties WoonFriesland en Accolade. Zij verhuren een deel van hun standplaatsen inclusief woonwagen, maar veel plaatsen worden ook ‘kaal’ verhuurd. Ook is bij verschillende locaties een deel van de standplaatsen in particulier bezit.

Van de 21 locaties wordt één beheerd door de gemeente. Dat is de locatie met 35 standplaatsen aan de Tjallingaweg in Leeuwarden, vlakbij het Drachtsterplein. Verder zijn de zeven standplaatsen aan de Elings-loane in Burgum allemaal particulier bezit. Bij die locatie zijn zowel de woningcorporaties als de gemeente Tytsjerksteradiel niet betrokken.

De resterende negentien locaties zijn in beheer bij de twee corporaties. Accolade heeft er vier: die aan de J.W. Frisostraat, het Borndiep en de Stadsfenne, alle drie in Sneek, en aan de Polderboskdyk in Joure.

WoonFriesland heeft met vijftien locaties verreweg de meeste standplaatsen in beheer. Hierbij gaat het om de drie kleinere locaties in Leeuwarden (Boornstraat, Tuinderij en Jelle Bargastraat), en verder de locaties Oude Dijk in Buitenpost,

De Krimte in Heerenveen, de Poasen in Hemrik, De Stoeke in Wolvega, Het Hoge Stuk en de Jan Frankensingel in Oosterwolde, De Grevereije in Noordwolde en de vijf in Drachten: Baalder, J.F. Kennedylaan, Hagewyk, Hoogzand en De Meer.