Met behulp van deze website en een werkbundel ga je de wonderen van de Griekse kunst ontdekken.

In de werkbundel los je alle opdrachten op. Dit heb je nodig op papier, zodat je het achteraf thuis gemakkelijk kan instuderen. Op de website vind je alle informatie om de opdrachten op te lossen.

Volg simpelweg de stappen zoals deze beschreven staan op deze website en in je werkbundel.  

Griekse tempel 

De bekendste Griekse bouwvorm is de tempel. Een Griekse tempel is een heiligdom gewijd aan één van de Griekse goden. Tempels werden al vroeg in duurzaam marmer of kalksteen gebouwd, terwijl voor de overige bouwwerken meestal hout gebruikt werd.

Vorm en opbouw

De Grieken bouwden hun tempels als woning voor hun goden. De vroegste tempels hadden dan ook de vorm van een eenvoudig huis. De latere tempels werden steeds groter en uitgebreider, dat kun je duidelijk zien in de grondplannen. 

Opdracht 1: voor wie bouwden de Grieken tempels?

Opdracht 2: welke bouwmaterialen gebruikten de Griekse architecten?

Opdracht 3: kleur het grondplan van de oudste (eerste) tempel groen en dat van de jongste (laatste) tempel blauw.

Tempel van Poseidon

Opdracht 4: bekijk de afbeelding van nevenstaande tempel. Wat zou de betekenis zijn van de bolletjes op de grondplannen?

Opdracht 5: wat zou de betekenis zijn van de volle lijnen op de grondplannen?

In het midden van het ommuurde deel van de tempel stond meestal het beeld van de godheid. 

Opdracht 6: zet in elk grondplan een kruisje op de plek waar het beeld van de godheid vermoedelijk stond. 

Opdracht 7: bekijk het dak van de tempel. Wat was de functie van de zuilen en waarom stonden zij zo dicht bij elkaar? 

Opvallende kenmerken van de Griekse bouwkunst 

Het ging de Grieken bij de bouw van hun tempels niet om indrukwekkende afmetingen, maar wel om de juiste verhoudingen: een goed evenwicht tussen horizontale en verticale lijnen. Hierdoor stralen de gebouwen harmonie en eenvoud uit.

Opdracht 8: noteer drie opvallende kenmerken van de Griekse bouwkunst.

Delen van een Griekse tempel

Een Griekse tempel rust op een zogenaamd stereobaat. Op deze basis staan zuilen, die het  bovenste gedeelte van de tempel, het hoofdgestel, dragen.


1. fronton (vorm van driehoek) 
2. hoofdgestel 
3. zuil 
4. stereobaat





Het hoofdgestel kan onderverdeeld worden in verschillende benamingen. Wij leren een iets eenvoudigere versie met enkel de nummers die jij moet kennen.



3. fronton
5. fries (doorlopend reliëf)
6. architraaf 

Een zuil bestaat steeds uit drie delen:

een kapiteel (8 en 9)
een schacht (10)
een voetstuk (onderaan)

11. cannelures (verticale groeven in een zuil)



Het tempelfries (5) kan versierd zijn met één doorlopend reliëf of bestaan uit metopen afgewisseld met trigliefen.

 Dit is een fries met een doorlopende reliëfvoorstelling
 







Dit fries bestaat uit metopen voorzien van reliëfvoorstellingen afgewisseld met trigliefen

Opdracht 9: vervolledig de tekeningen op je werkblad met de juiste benamingen.

Opdracht 10: benoem zo veel mogelijk elementen op de foto op je werkblad. 

 3 stijlen

 

Bouwstijlen

In de Griekse bouwkunst onderscheiden we drie stijlen of orden:  

1. De Dorische stijl

De Dorische orde is de oudste van de drie bouworden. Deze bouwstijl is in de zesde eeuw v. Chr. ontstaan op de Peloponnesos. Tempels van deze orde zijn behalve in Griekenland ook in de oorspronkelijke Griekse koloniën langs de Middellandse-Zeekust te vinden. Na de vierde eeuw v.Chr. werd de Dorische stijl niet meer toegepast. Kenmerkend voor deze orde zijn zware bouwvormen en kleine overspanningen. 
De bouwmeesters wisten in het begin namelijk nog niet zeker of de steenconstructie wel sterk genoeg zou zijn. Vanaf de vijfde eeuw v. Chr. werd de constructie lichter en werden de onderdelen slanker.
Zuilen van de Dorische orde hebben geen voetstuk en ondiepe schachtgroeven met aaneengesloten cannelures. Het eenvoudige kapiteel van de Dorische zuil wordt ook wel een schotelkapiteel genoemd. Tempels die in de Dorische orde gebouwd zijn, hebben meestal een fries dat opgedeeld is in metopen en trigliefen.
2. De Ionische stijl

In Turkije ontstond door de aanraking met andere culturen, zoals de Egyptische, een stijl die eleganter en weelderiger was dan de Dorische: de Ionische orde. De Ionische orde komt vooral voor op de Griekse eilanden van de Egeïsche Zee, maar ook op het Griekse vasteland. De Ionische zuil wordt bekroond door een spiraalvormig kapiteel en heeft - in tegenstelling tot de Dorische - wel een elegant voetstuk en diepe groeven. De Ionische zuil is slank. 
3. De Korinthische stijl

De Korintische orde is pas in de vijfde eeuw v. Chr. ontstaan en is eigenlijk meer door de Romeinen dan door de Grieken toegepast. Deze orde lijkt veel op de Ionische (heeft eveneens een voetstuk), maar heeft ook een kelkvormig kapiteel met de bladervorm van een acanthusplant.

 

Opdracht 1: noteer boven elke zuil de naam van de stijl. 

Opdracht 2: noteer onderstaande kernwoorden bij de passende stijl.

Oudste stijl – slank – voetstuk - elegant voetstuk - sober kapiteel – ondiepe schachtgroeven – spiraalvormig kapiteel - zwaar – diepe groeven – bladvormig kapiteel 

Opdracht 3: bekijk de afbeeldingen hieronder. Dit zijn allemaal gebouwen die in de laatste paar eeuwen gebouwd zijn. Noteer bij elk gebouw de stijl van de zuilen. 

Andere Griekse bouwwerken 

De Grieken bouwden natuurlijk veel meer dan tempels. In opdracht van het stadsbestuur werden allerlei openbare gebouwen opgericht: badhuizen, theaters, sportstadia en zelfs worstelscholen. 

Kijk maar eens naar onderstaande afbeeldingen. 

Make a Free Website with Yola.